19-12-2012 - Mountainbiken, Nieuws

4x 29’er

What a ride! En dat 4x4x4: vier bikes, vier routes in vier dagen. Parcours en fietsen werden aan een test onderworpen. Ikzelf ben geen werktuigbouwkundige maar meer van het kaliber geef mij twee wielen en een stuur en ik ben tevreden. Ik zal dan ook niet ingaan op ingewikkelde veerconstructies of bouwconstructies. Maar je kan gewoon een eerlijk verhaal verwachten van hoe de fiets bij mij en twee andere fietsgekken aanvoelt. Mark van de NFTU, Bas, hoofdredactie UP-DOWN en ik, Tjeerd alias de wedstrijdnerd.

Tekst: Mark Torsius
Beeld: Michiel Rotgans

Het is eigenlijk verbazingwekkend dat de doorbraak van de 29’er wielmaat zo’n golf van zowel enthousiaste als negatieve reacties heeft losgemaakt. Enerzijds is het een wonder dat bikers, in de zoektocht naar sneller, verder en efficiënter bereid zijn honderden (soms zelf duizenden) euro’s uit te geven aan de ingewikkeldste oplossingen én niet in staat zijn iets fundamenteels ter discussie te stellen als de keuze van de wielmaat. Tegelijkertijd is het een wonder dat er zó hysterisch gedaan moet worden over fietsen met grotere wielen. Want zeg nou zelf, heb jij ooit vijf jaar geleden op je fiets gezeten en gedacht: mijn fiets zou een stuk lekkerder rijden als dat wiel 63mm* groter zou zijn?

Al deze discussies ten spijt: 29’ers zijn in opkomst. Of we daar als bikers nou blij mee moeten zijn of niet lijkt niet zo belangrijk. De fietsindustrie is erop uit om ons iets nieuws te verkopen, en na wat voorzichtige jaren van de detailhandel, pro racers en consumenten, lijkt het nu groots aan te slaan. 29’er kennen op dit moment nog wel wat beperkingen die voor de meeste Nederlandse mountainbikers niet relevant zijn. Het is namelijk moeilijk om fietsontwerpen te maken met meer dan 130-140mm veerweg. De grote wielen nemen vele ruimte ‘in’ in een fietsontwerp en om ze dan ook nog eens over zo’n grote veerweg te moeten bewegen, wordt erg krap. Ook voor gebruik op ruigere afdalingen zijn er nog wat uitdagingen om de grotere velgen heel te houden. De grotere wielbasis maakt de fietsontwerpen minder wendbaar op héél technisch terrein (hele nauwe haarspeldbochten, zeer technische afdalingstrails). Maar dit zijn meer argumenten voor 29’ers die zouden moeten concurreren met 26 trail- of endurobikes, niet zo relevant voor Nederlandse fietsers dus.

Typisch 29’er
Waarschijnlijk de meest opvallende eigenschap als je voor het eerst een rondje rijdt op een 29’er is dat het net lijkt of er wat extra veerweg in de fiets ziet. Door de grotere wielen vallen je wielen minder in, en botsen ze minder op, de oneffenheden op het parcours en daardoor voelt je fiets gedempter. In de praktijk betekent dat dat je veel minder behoefte hebt aan achtervering. Al helemaal als je voornamelijk of alleen in Nederland rijdt. De opkomst van de 29’ers zou – op Nederlandse parcours in ieder geval – wel weer eens een revival van de hardtail kunnen veroorzaken.

Door diezelfde grotere wielen zou je ook eigenlijk met een andere overbrenging moet rijden: de langere hefboom van het grotere wiel zorgt ervoor dat je een lichtere versnelling nodig hebt om dezelfde snelheid te rijden. Dus idealiter wordt een 29’er voorzien van een crank met een aangepaste kettingbladen, in de praktijk een tandje of twee lichter dan een ‘gewone’ crank. Door datzelfde effect zullen je remmen met een vergelijkbare diameter remschijf minder goed werken. Ook hier weer: minstens zou de fabrikant van een 29’er een 180 millimeter remschijf op het voorwiel moeten monteren.

Appels met peren
De vier bikes die we mee hebben zijn een Cube Reaction GTC Pro, Trek Superfly Elite en een Giant Anthem X en een Van Nicholas Zion 29er. Vier compleet verschillende fietsen. In een notendop: de Cube is een carbon hardtail die door een wat slimmer geprijsde componenten voor ‘maar’ kan worden aangeboden, de Trek een pittig geprijsde carbon racer met hele mooie onderdelen, de Giant een full-suspension en de Van Nicholas vertegenwoordigt een stukje Nederlands tros en is een compromisloze scheurijzer van titanium.

Giant Anthem X
De Anthem X is een betaalbare uitvoering van een erg succesvolle fully waar onder andere teamrijder Adam Craig erg succesvol op is. Het eerste dat opvalt als je opstapt, is de lange zit van de fiets. Bij het aanzetten van een sprintje, krijgen we een indruk van de reden dat Craig zo dol is op deze fiets. Er veert niets in aan de achterkant. Het Maestro-veersysteem blijft bewonderenswaardig rustig onder invloed van pedaal-input. Dat we iets doen merken we aan de voorvork, die staat wel lekker te stuiteren. Het stuurgedrag van de Giant is nog iets relaxter dan de Cube. Dat geeft ‘m veel controle in de afdalingen. De vering zakt niet weg bij extra druk in de bochten maar pakt wel de klappen van onderaf. Deze fiets doet waarvoor hij gemaakt is.

De balans tussen zijn gedrag bij het stijgen en dalen is trouwens erg indrukwekkend. Je wordt er gewoon blij van als je de Anthem X bij je hebt. Voor een XC-allmountain-enduro race zou ik deze direct uit de stal halen. Craig gebruikt deze fiets dan ook voor een wedstrijd als de Downieville classic. Als we een korte 70 millimeter voorbouw op de fiets monteren om te lange zit te compenseren, wordt de Anthem X zowaar een soort mini-enduro bike. Naar beneden vliegt de fiets over de stenen en kan veel meer klappen aan ten opzichte van een hardtail. Waar je de hardtails lek rijdt op een ruig stuk, rol je met de Giant zonder problemen verder. De stenen op de trail lijken er niet te liggen. Naar boven lukt het me bijna om de stenige klim van Papendal te halen terwijl dit met de hardtail meer dan kansloos bleek. Qua afmontage heb je hier niet te maken met het hoogste segment, maar dat mag je ook eigenlijk niet verwachten voor deze prijs. De remmen moeten beter, de wielen zijn looiig en de voorvork kan de kwaliteit van de achterdemping niet bijbenen. De draaiende onderdelen en schakelsysteem doen hun werk goed. Ook op deze fiets zit een mooi breed stuur dat voor stabiliteit zorgt.

Cube Reaction GTC Pro.
Al na de eerste trappen merk je dat je op een carbon fiets zit. De stijfheid rond de bracket voelt lekker direct, er gaat hier geen kracht verloren. Eenmaal op de route nodigt de fiets uit om lekker te spelen. Elke kleine verhoging wordt gedropt en ook geschikte boomstronkjes dienen als schans, niet echt wat je zou verwachten als je op een 29’er stapt. Van logheid, een karaktereigenschap die je wel verwacht van die grote wielen, is hier geen sprake, integendeel de fiets voelt heerlijk aan en zit heerlijk en comfortabel. Eerder iets naar een prettige toerhouding dan naar race. Wellicht dat dit het speelse karakter en de comfortabele zit verklaart. Misschien is het ook wel te karakteriseren als een typische ‘Cube’-gevoel. Comfortabel zonder suf te worden. Deze Cube draait overal lekker doorheen. Het voorwiel volgt het spoor dat je uitzoekt en je kan de wielen overal gecontroleerd laten uitbreken als je dat wilt. De fiets stuurt niet zo scherp als een racer, maar dat geeft juist een gevoel van controle in de bochten.

Het frame is prachtig afgewerkt, voelt stijf en direct aan en lijkt dus de voordelen van carbon als bouwstof prima toe te passen. Voor de afmontage zijn onderdelen gebruikt die je niet zou verwachten op een carbon fiets, een Deore crank bijvoorbeeld, maar dat is wél de reden dat Cube een carbon 29’er voor een relatief schappelijk prijs kan aanbieden. En met de belangrijkste en duurste onderdelen zit het wel snor. Frame, vork en wielen zijn dik in orde. Wil je in de toekomst een stapje lichter of sneller, dan is deze fiets makkelijk te ugraden. De meeste winst valt te halen in het upgraden van de shifters. Het brede stuur is trouwens een genot, het geeft veel stabiliteit in de afdaling, toch zou menig biker – al is het alleen maar als overgang – voor een maatje kleiner kiezen.

Trek Superfly Elite
Bij het uit de auto tillen van de Superfly merkte ik al dat de bike zijn naam eer aan doet: het is een lichtgewicht. Toch voelt de baan als ‘één geheel’ aan en daardoor heel solide. Veel meer dan de Cube is dit een echte racer, iedere trap is raak en de fiets vliegt naar voren. Je zit wat dieper en minder comfortabel en hoge snelheden vergen meer techniek. Zoals het een race-bak betaamt, knalt de Trek door de bochten. Ieder tikje tegen het stuur heeft een direct en razendsnel gevolg. Dit vergt enige concentratie want fouten worden je niet vergeven, maar hard gaat het wel. Het is dan ook vrij duidelijk voor wie deze fiets is: racers of mensen die de ambitie hebben om dat te zijn. Deze fiets wil vooruit!


Dankzij een combinatie van een stijf frame en de Fox vork blijft de fiets in de bochten een geheel en wéér voelen we dat solide uit-een-stuk-gehouwen gevoel. Passend bij zijn race-gevoel is de lockout op de vork om net dat laatste beetje snelheid uit de fiets te persen als je geen demping nodig hebt. Omhoog blijft het voorwiel netjes aan de grond en met de vork op lockout ben je als iedere keer het snelst boven. Naar beneden heeft de Trek snelheid nodig om in z’n groove te komen, dan rolt hij perfect. De ruige rockgarden op Papendal is in ieder geval geen probleem. De fiets is naar ons idee bijna perfect afgemonteerd. De complete XT-groep vormt deze bike tot een prachtig en solide geheel. Alleen de Bontrager banden kunnen ons niet overtuigen. Maar de mountainbikers waar deze fiets voor is bedoeld, racers, zullen zelf hun voorkeuren hebben wat voor rubber ze er op willen leggen.

Van Nicholas Zion 29er
Als de Van Nicholas uit de bus komt, is meteen duidelijk dat dit en compromisloze fiets is. Geen halfslachtige beslissingen, maar hier zijn keuzes gemaakt om tot resultaten te komen. Ten eerste natuurlijk het prachtige titanium frame, met als kersje op de taart een titanium zadelpen. Geen geveerde voorvork, maar een starre van carbon. Dit soort compromisloze keuzes kunnen alleen uit de keuken van een relatief klein merk als Van Nicholas komen. Ook de Van Nicholas heeft een volledige XT groep en het solide gevoel dat dit geeft. Qua comfort valt de zit ergens midden tussen de Trek en de Cube en heeft daarmee misschien wel het beste van twee werelden voor sportieve fietsers. Het lijkt alsof de fabrikanten inmiddels ook beginnen in te zien dat crosscountry fietsers ook profijt hebben van een breder stuur, alle fietsen zijn voorzien van minstens 68 centimeter brede sturen. Top, wat ons betreft.

Vorig jaar reden we op een 26 versie van de Zion met een Rohloff naaf. Die beviel erg goed, maar we hadden het idee dat de kwaliteit van de fiets om je heel erg snel over het terrein te verplaatsen nóg beter tot zijn recht zou komen met een traditionele drivetrain. En dat is zo! In het terrein valt nog eens meer op hoe compromisloos de 29’er Zion is. Hij gaat superhard en efficient. Met een minimum aan kracht vlieg je over het parcours. Wat een scheurijzer is dit! Toch geeft de flex in de titanium buizen een heel elegant gevoel aan al die ontketende snelheid. We hebben er geen stopwatch tegenaan gelegd, maar qua snelheid zal de Zion niet veel onderdoen voor de Trek. Het voelt alleen wel een stuk ‘mooier’. De fiets is verrassend goed te controleren en ondanks de klappen die je krijgt van de trail valt het ongemak erg mee. Maar als we de fiets zelf zouden, mag er wel een geveerde vork in. Misschien dat je de starre vork erbij kan open, zodat je dure vork in de winter niet slijt of om in te zetten bij een strandrace.

Conclusie


De Cube reaction GTC pro is een comfortabele mountainbike waar je veel plezier aan kunt beleven. Dat klinkt misschien alsof hij suf is, maar dat is ie zeker niet. Hij zit gewoon comfortabel. Alleen als je van plan bent hem in de toekomst te upgraden zouden we de carbon versie kopen. Anders zijn wij sterk geneigd om eenzelfde bedrag aan de aluminium 29’er Cube LTD uit te geven. De Trek en Van Nicholas zijn wat dat betreft een stuk sportiever. De Trek Superfly Elite is een super stijve racer die geheel in balans is, ieder trap op deze fiets is raak. De Van Nicholas is een hele snelle bike met erg veel ziel. De Giant is niet direct met de andere drie bikes te vergelijken. Door zijn achtervering, maar ook doordat zijn potentieel om ruig terrein te rijden nog wel wat hoger ligt. De Anthem X kan je overwegen als je met dezelfde fiets in de Alpen ook lange toers wil doen. En daar mogen dan zonder problemen hele technische stukken in de afdalingen zitten.
En nu? Moet je je wat van deze hype aantrekken? Ja en nee. Heb je een goede fiets waar je helemaal gelukkig mee bent, dan zal de winst van een overstap op een 29’er erg beperkt zijn. Ben je in de markt voor een nieuwe fiets, langer dan 1,75-1,80 dan zou een 29’ers heel goed alternatief kunnen zijn.

* De naam 29’er naam suggereert dat het wiel 3 x 25,4mm (een inch) = 76,2mm groter is is dan een 26 inch wiel. Maar een 26 inch wiel is ook niet precies 26 inch. De naam sloeg op een omtrekmaat van de banden. Op z’n zachtste gezegd onnauwkeurig, omdat de maat van de band veel invloed heeft op de uiteindelijke omtrek ervan in opgeblazen toestand. veel nauwkeuriger is de ETRTO-maatvoering. Hierbij is de feitelijke diameter van de velgrand van een 29’er 622mm en van een 26’er 559, vandaar de 63mm verschil. 650B, ook wel de 27,5’er genoemd is 584mm.

 van