Aantrekkingskracht
Noordwester deining van een goede meter, geen wind, een ideale surfdag. Het eerste half uur is het nog hol, maar al snel gaat de pit eruit. Letterlijk en figuurlijk. De vloed rijst te berge en die heerlijke deining resulteert in een nauwelijks brekende kruimelpudding. Vloed beïnvloedt, eb ebt weg, het keren van het tij, de dagelijkse sleur, ik ken ’t maar al te goed.
Tekst: Thomas van Dijk
Illustratie: geesvoorhees.com
Wat is de drijvende diabolische kracht die hierachter schuil gaat? Tijdens raadselachtige gesprekken bij volle maan proberen we rond het kampvuur, onder het ‘genot’ van Jack Johnsonaftreksels, het mysterie te ontrafelen. Om de waarheid boven het vuur te krijgen en indruk te maken op het meisje naast me, doe ik een poging te vertellen hoe het getij in elkaar zit. ‘Het tij is als een golf die over de aarde trekt, gedreven door de zon en maan die leuren aan de aarde’, begin ik mijn astronomische versiertruc. ‘Het is niet alleen de maan, maar ook de zon die ervoor zorgt dat het tij wisselt. Onze aarde draait en de gezamenlijke aantrekkingskracht van de maan en de zon zorgen voor hoog water aan de kant waar ze aantrekt.’ Ik laat het haar zien door haar rond te slingeren en uit te leggen dat zoals haar haren naar achteren vliegen, het water aan de achterzijde van de aarde dat ook doet. Ze lijkt het leuk te vinden. ‘Ik ben de aarde en jij bent de maan’, zeg ik. Ze vindt het romantisch, terwijl ik het vooral als praktisch voorbeeld bedoel. ‘Ik spin om mijn eigen as en jij draait om mij heen. Als ik een rondje heb gemaakt in één dag ben jij al weer 1/30ste verder omdat jij, maanvrouw, in een maand om mij heen draait. 1/30ste van 24 uur is 52 minuten en daarom verschuift hoogwater met 52 minuten per dag’, concludeer ik enthousiast. Ze zegt dat ze duizelig is en dat ze het niet begrijpt. Ik probeer nog wat over centrifugale kracht, zwaartekracht, constellaties, satellieten, dynamische modellen, maar tevergeefs. Misschien wordt ze wel aangetrokken door het surfersimago. Dat ze wordt aangetrokken door de zon en maan lijkt ze te ontkennen, of het kan haar niets schelen.
Ik hoor wel eens van vrouwen, of ik krijg althans de (valse)indruk, dat ze op surfers vallen. Stoere woeste gasten, bierdrinkende natuurmensen die alleen maar surfen en leven voor de zee. Voor dit meisje bij het kampvuur een lichte deceptie. Ik ben geen stoere gast, ik begin een verhaal over de astronomische grondslagen van het getij. Zoals zij niet begrijpt hoe het getij werkt, begrijp ik niet hoe vrouwen werken. Ze vinden surfers aantrekkelijk en schijnen bovendien meer erotisch geactiveerd te zijn bij volle maan. Wat trekt wie aan? Nu ik geen puber meer ben en los kom van het zelfbeeld van een stoere surfer, merk ik eens te meer dat ik van nature wel goed overweg kan met surfers. Dat we surfen verbindt ons op de één of andere manier, het is een instelling en een geestdrift die ons samenbrengt. Misschien is het dat we beiden weten hoe ’t tij werkt en dat het kan keren. Of dat we met hoogtij- en laagtijdagen dezelfde symboliek voor het leven delen. Of het is de verbondenheid met de natuur. In Amsterdam meen ik soms aan de lucht te herkennen wat voor golven er zijn. De zee is met de natuur verbonden, de natuur met ons universum. De onderlinge invloed van zon, maan en aarde zijn nergens zo aanwezig als in het bewegen van de zee en dat maakt de surfer misschien wel bewust van het hele zonnestelsel. Misschien vormt dat een onderbewuste connectie tussen surfers, maar dat zal toch niet hetgeen zijn wat vrouwen aantrekkelijk vinden?
Waarschijnlijk is het eerder onze drang naar avontuur, de nonchalance, de gebronsde spieren en de hang naar gevaar. Vrouwen lijken liefde en adrenaline niet goed van elkaar te kunnen onderscheiden. Het schijnt dat als een man en een vrouw samen in een gevaarlijke situatie terecht komen, de vrouw de adrenaline verwart met liefde voor de man. Ze denkt dat ze verliefd is, maar ze is verliefd op het gevaar. Daarom hebben criminelen mooie vrouwen. Maar dat zou nog niet verklaren waarom ook Nederlandse surfers de bekoring van vrouwen genieten door hun surfstatus. Doorgaans surfen we immers op totaal gevaarloze kindergolfjes.
Mannen, uit elk land, beseffen zich echter maar al te goed dat het surfersimago vrouwen aantrekt. Mannen die zich totaal omtoveren tot surfer en hun hele leven er op inrichten alleen maar om vrouwen te versieren, ze bestaan. Ze dragen surfkleren, praten over surfen, gaan naar surfbars, gaan altijd op “avontuur”, luisteren surfmuziek, lezen surfmagazines en zijn altijd op ’t strand. Het surfen zelf vinden ze niet boeiend, vrouwen zijn de reden dat ze het doen. Daar worden ze toe aangetrokken. Het meisje bij het kampvuur praat inmiddels niet meer met mij, maar met zo’n jongen. Hij praat over dikke barrels. De volle maan staat nog steeds hoog boven aan de hemel en is voor haar nog altijd een mysterieus romantisch licht, ontstaan door een onbegrijpelijke verhouding met de zon en de aarde. De aantrekkingskracht tussen vrouwen, surfers en een volle maan, voor mij blijft het een mysterie.