24-03-2011 - Windsurfen, Nieuws

Interview met Davy Scheffers

Grote bek. Grote actie. Brutale jochies hebben de halve wereld.

Een jaar of zes geleden kregen we een boos e-mailtje van een dertienjarig Zeeuws jochie genaamd Davy Scheffers: we waren zijn naam vergeten te vermelden bij de uitslag van een windsurfevenement. Normaal negeren we snotneuzen met een dwingende toon, maar iets zei ons dat dit brutale rotjoch meer in zijn mars had dan zeuren over uitslagen. We volgden hem sindsdien. Davy is inmiddels achttien, eindigde onlangs als derde op de Europese freestyletour en heeft alles in zich om ook op de PWA tour hoge ogen te gooien. Een rotjoch met skills dus. En gelukkig is die grote bek gebleven.

Tekst: Mart Kuperij
Foto’s:Jonas Roosens, EFPT, Tot en met ontwerpen, Eelco van den Berg, Sven Akerboom,
ak-photography.nl

Davy, vertel nog even hoe het windsurfen voor jou ook alweer begon.
‘Ik begon in 2003. In die tijd reed ik altijd samen met mijn vader langs de Brouwersdam op de motor, ik vond die kiters wel vet. Een beetje rondspringen en zo, dat vond ik wel cool, maar ik was nog te licht. Van mijn ouders moest ik eerst gaan windsurfen. Mijn opa en oma hadden een caravannetje staan met wat oud materiaal in Zeeland. Vijftien minuten knallen en ik kon het al, natuurtalentje!’

Opschepper.
‘Okee, toen bleef ik staan hè, op een BIC Electro Rock, maar ik kon het nog niet echt natuurlijk. In de jaren daarna ben ik heel fanatiek geworden. Ik en mijn vader kochten nieuwe spullen en ik kreeg het planeren en trapeze varen al zeer snel onder de knie. Ik stond in alle condities op het water, zelfs met vier graden tond ik nog sail 360’s te doen zonder wind. Na een aantal maanden leerde ik springen en raakte ik redelijk hooked aan het freestylen. Op dat moment begon ik ook naar nationale wedstrijdjes te kijken en mee te doen. Leuk, vooral toen ik merkte dat ik het toch wel af en toe kon winnen!’

En zeven jaar later ben je derde van Europa.
‘Ja, mijn beste resultaat ooit! Ik weet nog maar al te goed dat ik handtekeningen vroeg aan vorige EFPT champs als André Paskowski en Kevin Mevissen, nu sta ik zelf op het podium!’

Hoe is het leven van een windsurfpro nou echt? Ben je eigenlijk een pro?
‘Ik ben nog niet echt pro, nee.’

Wanneer ben je pro?
‘Voor mij ben je een pro als je bakken met geld verdient door te windsurfen.’

Maar dan is afgezien van een paar riders niemand pro.
‘Ja, wat is een pro eigenlijk? Moeilijke vraag, ik denk dat ik tussen semi-pro en pro inzit.’

Een pro is iemand die kan leven van windsurfen, maar dat ben jij niet hè?
‘Ik leef toch!’

Hmmm…
‘Even eerlijk, ik surf en ik leef toch, ik woon nog thuis, rij met mijn vader mee naar het water, mijn moeder kookt voor me… allemaal goed toch?’

Heel veel pro’s wonen nog bij hun ouders, wat vind je daarvan?
‘Ze zijn er vaak niet, ze zijn altijd aan het reizen. Dus die vier weken dat ze thuis zijn kunnen ze toch net zo goed even logeren bij papa en mama?’

Kun je koken?
‘Ik kan wel wat koken ja. Pasta. Eieren. Knakworstjes. Hamburgers. Macaroni. Pannenkoeken…’

Oké, misschien nog maar even thuisblijven dan. Je komt uit Zierikzee, hoe is het daar?
‘Zierikzee is een stadje, eigenlijk een soort burcht, met kasteelmuren die al weg zijn, gracht erom heen en een haven naar de Oosterschelde…’

En in je vrije tijd ben je er gids geweest?
‘Haha, nee, maar je moet wel iets over je stad weten natuurlijk. Zierikzee is een klein stadje in Zeeland met zo’n tienduizend inwoners, aan de Zeelandbrug en het ligt omgeven door water. Het ligt op vijftien kilometer van de Brouwersdam.’

Hoe is het om daar te wonen?
‘Rustig, leuk. Je kent elkaar.’

Heb je veel vrienden van vroeger?
‘Nee niet echt. Ik had op school wel wat vrienden maar ik ben in groep vijf naar een andere school gegaan en daarna had ik meer van die halve vrienden. Ik ben vorig jaar wel weer in contact gekomen met mijn vrienden van vroeger. Ik heb heel veel andere vrienden nu, die ook windsurfen of surfen. En nu zit ik natuurlijk een beetje in de puberteit, het partyleven en dan ontmoet je weer heel veel nieuwe vrienden.’

Vertel daar eens wat over. Hoe is het om op tour te gaan als achttienjarig pikkie?
‘Thuis heb je niet echt meer je sociale leven. Je hebt niet meer je vrienden, je ouders, je familie om je heen. Dat is iets wat ik wel echt mis. Maar vanaf het moment dat ik ging windsurfen is het wel altijd een droom van me geweest om bij de pro’s te horen en het zelf mee te maken. En misschien ben ik nog wel geen pro, en verdien ik wel niet zoveel geld, maar toch… ik hoor er wel bij!’

Je zegt het eigenlijk een beetje op een negatieve manier, je mist je thuis. Ik heb het idee dat jullie het wel naar je zin hebben op tour!
‘Nee, zeker, ik zou ook niks liever willen! Dit is wat ik wil, dit zijn natuurlijk ook mijn vrienden. Als ik in mijn telefoon kijk staan er bijna alleen maar buitenlandse nummers in en dat is toch wel echt iets speciaals. Toch wel een ander leven dan wat de meeste mensen hebben.’

Hoe vaak ben je weg in een jaar?
‘Ik denk dat het de laatste tijd 50/50 is. Een maand in Italië en Griekenland voor de EFPT, vier maanden in Bonaire, de PWA evenementen, best een tijdje alles bij elkaar.’

Wat is het eerste dat je doet als je terugbent in Nederland?
‘Chillen, vrienden, vriendinnetjes… geen vaste plannen, maar ik wil altijd meteen wel weer surfen. En de eerste paar dagen ben ik aan het uitpakken, mijn leven thuis weer oppakken. Dat is toch weer anders, je moet je weer aan de regels houden.’

Wat is de vervelendste regel in Huize Scheffers?
‘Opruimen. De borden meteen in de vaatwasser… In Bonaire ben ik onafhankelijk. Eet je thuis, eet je ergens anders, het maakt allemaal niet uit, maar als je thuis bent moet je toch rekening houden. Op tijd thuiskomen, dat soort dingen.’

Oké, maar dat valt erg mee.
‘Ja, ik heb het super chill thuis! Maar het is toch even aanpassen. Normaal Nederlands praten kost ook altijd wel wat moeite. Na vier maanden Bonaire praatje toch wel een beetje Antilliaans swa!’

Wat doe je nog meer?
‘Ik loop stage op MBO Leisure Sport, dat is sport, bewegen en management. Het is erg praktijkgericht, ik geef windsurfl es en coördineer lessen. Het is een halve privé school van waaruit je via internet en ongeveer acht à tien opleidingsweken per jaar je exameneisen doorkrijgt en met steun van school zelf je opdrachten maakt en leert om je zelf en anderen op te leiden. Het is vergelijkbaar met de normale opleiding ROC sport en bewegen maar dan veel dieper, en voor mij zeker ook interessanter en leuker omdat je altijd bezig bent met je passie. En
ik leer veel beter als ik iets leuk vind!’

Valt dit goed te combineren met het windsurfen?
‘Ik denk dat het de beste combinatie is die je kan krijgen. Ik kan zelf mijn planning maken; als het waait neem ik een vrije dag en als het niet waait probeer ik zoveel mogelijk school te doen. Als je na drie jaar middels opdrachten aan kunt tonen dat je genoeg hebt geleerd, en een zelfstandige lesgever bent, is het doel bereikt.’

Waarom ben je gasthoofdredacteur van Motion geworden?
‘Ja, dat vraag ik me ook nog steeds af. Dat vind ik toch wel iets speciaals. Misschien omdat ik er zo goed uitzie?’

Ja, ik denk het.
‘En omdat ik zo waanzinnig goed surf?’

Laten we het daar eens over hebben. Hoe waanzinnig goed surf je nou eigenlijk?
‘Tja, ik ben toch 27e geworden in Fuerte haha. Nee, het is moeilijk om te zeggen hè, hoe goed je kunt surfen. Tuurlijk ben ik nog niet echt zo goed. Ik ben nog niet goed genoeg, laat ik het zo zeggen. Jebent pas goed wanneer je wedstrijden wint, en pas echt goed wanneer je eigen moves maakt en verzint en je eigen stijl toepast op het windsurfen in plaats van het nadoen van andere riders.’

Dan ben je al een eind op weg, met je eigen move skopu.
‘Ja dat is een goed begin natuurlijk. Maar als je kijkt naar gasten als Gollito, Tonky of Ricardo Campello, die vinden aan de lopende band nieuwe moves uit en hebben echt hun stempel op het moderne freestylen gedrukt, dat wil ik ook.’

Hoe lang doe je over het leren van een move?
‘Dat verschilt per move. Ik bedoel, ik kan nog steeds niet hoog springen. Een perfecte gijp kan ik nog pas een jaar. Over de kono deed ik twee weken, maar dan wel veertien dagen echt varen, filmpjes kijken, checken hoe anderen hem deden en vooral blijven proberen. De airjibe duurde voor mij vier maanden en de spock had ik twee weken later al te pakken.’

Aan wat voor nieuwe moves werk je op het moment?
‘Op het moment probeer ik mijn signature move skopu verder uit te werken en nieuwe grenzen te zoeken, deze move is wat mij betreft nog lang niet klaar! Ik denk aan combinaties, misschien skopu into burner, of into kono of tabletop… En verder natuurlijk de switch kono forward die ik al een tijdje aan het proberen ben.’

Ga je hard op je bek?
‘Ja, heel veel, heel hard. En dan wil je bijna opgeven totdat het ineens bijna lukt. En dan blijf je weer vallen, vallen, vallen en opeens sta je die move. En dan moet je blijven oefenen tot je hem echt kunt.’

Daar ben je ook wel echt gemotiveerd voor?
‘Ja, voor de meeste moves wel.’

Maar voor sommige moves ben je niet zo gemotiveerd? Hoe komt dat?
‘Airflaka’s en ponches over links, omdat ik over links echt een mietje ben. Met mijn rechtervoet voor heb ik gewoon meer kracht, meer controle. Voor airmoves en goiters heb je die kracht en controle wel nodig. Over links heb ik dat gewoon wat minder, waardoor ik best vaak hard op mijn plaat ben gegaan. Ik kan het wel hoor, ik train het ook wel maar het duurt wat langer. Ik train met mate.’

Is dat ook niet een beetje pro zijn, dingen doen waar je eigenlijk niet zo’n zin in hebt?
‘Hmm, ja als je echt de beste wilt zijn moet je dat wel doen. Sommige moves moet je gewoon kunnen.’

Hoe graag wil jij de beste zijn?
‘Niet graag genoeg denk ik. Tuurlijk, iedereen wil de beste zijn, maar er zijn veel belangrijkere dingen dan dat. Ik geef alles om te winnen, dat is het niet, maar het is niet zo dat als ik niet de beste ben dat ik er geen lol meer in heb.’

Is Gollito de beste omdat hij de beste wil zijn of is hij gewoon heel goed?
‘Natuurlijk heeft hij talent, maar hij wil ook gewoon de beste zijn. Hij blijft gaan, trainen, trainen, trainen.’

Tijdens de wedstrijden lijk je best rustig, je loopt wat rond, praat wat. Hoe zit het met je concentratie op dat moment?
‘Moeilijke vraag. Toen ik in Fuerte 33ste was in de single was ik me heel erg aan het concentreren maar het werkte niet, ik werd laatste. De double was ik vrolijker, het was later in de middag, op de een of andere manier had ik het weer. Ik was me helemaal niet echt aan het concentreren. Een beetje rond aan het lopen, heats kijken, muziek luisteren. Een beetje met Tonky praten.’

Is Tonky een inspiratie?
‘Ja, vanaf het begin dat ik surfte. Als Tonky iets tegen me zegt voor een heat dan helpt dat me wel. Ik probeer altijd wel contact met hem te leggen.’

Zegt ie dan iets inhoudelijks of gewoon zet ‘m op?
‘Ja zoiets, dat is al heel goed. Ik weet niet, als klein mannetje was ik al fan van Tonky en nu surf ik met hem en ben ik met hem bevriend. Als hij wat tegen me zegt doet het wel veel voor me. Ik heb nog nooit tegen hem gesurft trouwens.’

Wat was je beste heat ooit?
‘Mijn winst in Sardinië afgelopen jaar tegen Steven in de dubbele eliminatie bij de EFPT. Ik voer een perfecte heat en was de eerste en tot nu toe enige die ooit van Steven wist te winnen in een double bij de EFPT. Dat voelde echt goed.’

Wat vind je van waven?
‘Ik vind wave echt porno.’

Zou je niet liever gewoon waven?
‘Ja. Nou… freestyle is echt wel vet hoor! Ik hou ook wel van wave, maar ik hou niet zo van die hele hoge golven, dat vind ik eng. Gewoon twee meter, dat vind ik wel oké. Gewoon een beetje spelen met de golf. Springen begin ik ook leuker te vinden; ik begin wat meer lef te krijgen en heb meer controle, ik durf nu ook meer.’

Wat is het hoogste waarin je gevaren hebt?
‘Toch wel bijna masthoog.’

Dus dat doe je wel gewoon.
‘Tuurlijk doe ik het, maar het is nog niet zo vaak voorgekomen. Ik herinner me een keer toen er storm in Nederland was. Tien Beaufort en ik stond met 3,3 overpowered. Ik voer op Ouddorp en werd een keer gespoeld, dat wil je niet weten. Uit het niets brak er ineens een golf midden op zee, echt recht voor me, uit het niets. Heel erg groot, heel erg hoog en ik kon geen kant op. Haha, ik voer echt recht die golf in. Boem, ik heb nog nooit zo’n klap gehad. Ik dacht ik breek m’n mast, klaar, maar Gaastra-masten houden dat wel.’

Profi hoor, even een shout out naar je sponsors.
‘Ik was buiten adem.’

Wat doe je voor moves in de golven?
‘Ik ben een beetje bezig met de pushloop, die draai ik wel, maar ik land ze niet. Ik heb echt al een jaar geen golf gezien geloof ik! Wel jammer.’

Als het nou goed waait, ga je dan liever freestylen of waven?
‘Dat hangt van zoveel dingen af, de omstandigheden, het getij, of ik met mijn vader ben. En soms heb ik ook gewoon zin om te chankletta-en, te sliden op het vlakke nat. Ik vaar al niet zo heel veel in Nederland en als het dan een goede zuidwest is en vlakwater kies ik eigenlijk vaak daarvoor omdat dat gewoon mijn ding is en daar moet ik op trainen.’

Chankletta is Bonairs?
‘Ja, het betekent slider of slipper. Dat is als je zo’n freestylemove doordrukt, slidet.’

Je hebt geen rijbewijs hè, dus je bent wel afhankelijk van anderen?
‘Ja, maar dat vind ik niet zo erg. Als het waait kan ik meestal wel varen. Misschien niet om tien uur ’s ochtends, maar na het werk meestal wel.’

Laten we het eens over de vrouwen hebben. Zijn jullie op tour echt zo’n losgeslagen bende als de verhalen gaan?
‘Nou ja, voor de riders is het best makkelijk om vrouwen te versieren, maar ik ben daar niet echt mee bezig.’

Vuile leugenaar!
(Lacht) ‘Ik ben professioneel! Nee het is niet zo moeilijk hier om vrouwen te krijgen maar ik ben toch meer bezig met mijn heats, omdat ik toch professioneel ben.’

Oké, ik geef je nog één kans om niet te liegen anders verzin ik het zelf.
‘Sorry, maar hier mag ik vanwege contractuele verplichtingen niks over zeggen.’

Een echte pro. Het mooie aan freestyle is natuurlijk dat een kereltje als jij ineens top vijf van de wereld kan worden. We zagen in Fuerte al de vijftienjarige Youp Schmit uit Bonaire. Wie zijn de nieuwe jonge talenten?
‘Youp vaart al heel goed en gebruikt al veel kracht in zijn moves op jonge leeftijd. Ik hoop dat hij gedreven blijft als nu, dan wordt hij een hele goeie. Daarnaast moeten jullie even letten op Tjeppie, een lokaal jongetje uit Bonaire, die gaat echt goed worden. Ook op de Brouwersdam begint er een aardig groepje te komen, heel gemotiveerd en nog erg jong. Degene waar ik het meeste toekomst in zie is de dertienjarige Tim Ruysenaars. Maar er zijn er nog veel! Leuk, want ik zie mijzelf er een klein beetje in, ze zijn zo gemotiveerd en altijd op het water.’

Net als zij nu tegen jou opkijken had jij dat vroeger ook met de oude garde. Hoe was het om ineens zij aan zij te staan met de mensen die je vroeger in de bladen zag?
‘Ja, dat was altijd een droom, en eigenlijk zit ik er nu middenin. Ik heb nu al meer bereikt dan ik ooit had verwacht. Ik droomde ervan om een spock te staan, dat was mijn eerste droom. Toen was mijn droom om ooit PWA te varen, om gesponsord te worden. Eigenlijk leef ik mijn droom al. Ik kan wel zeggen ik wil PWA wereldkampioen worden, maar dat wil iedereen. Maar je kan toch beter je droom leven dan jezelf blindstaren op iets wat waarschijnlijk niet realistisch is. En dan een beetje down zijn.’

Wie is je grootste fan?
‘Als ik in een magazine sta is mijn vader daar wel heel trots op. Mijn moeder ook, maar die is toch wat nuchterder. Zij blijft echt met beide benen op de grond staan terwijl ik door de kamer vlieg. Ze zegt altijd ‘je bent er nog niet hoor’. En mijn opa en oma, die zijn ook heel trots op me.’

Een stuk verderop in het blad hebben we de vragenlijst Davy’s 13. Lijkt ons niet meer dan logisch dat wij als afsluiter jou ook een paar vragen uit die lijst stellen. Noem een nummer. 1 tot 13.
‘Twee.’

Das een goeie, je meest genante moment!
‘Ik heb heel veel genante momenten beleefd, meestal bij de vrouwen.’

En je favoriete scheldwoord?
‘Fuck.’

Heb je een bijnaam?
‘Scheffie, meestal uitgesproken als Sjeffie, shaggy en op Bonaire noemen ze me vaak white nigger. Ja en rotjoch natuurlijk.’

Naar bed met Megan Fox, tijdens een belangrijke wedstrijd Kauli Seadi, Gollito of Antoine Albeau verslaan of de organisatie van de world tour veranderen?
‘Megan Fox natuurlijk, die heb ik er zelf ingezet!’

Als je een ding kon veranderen aan je uiterlijk?
‘Ik zou graag in de winter wat meer blond willen zijn. En ik wil een sixpack zoals Tonky.’

Er moet ook wat te dromen overblijven Davy. Laatste vraag dan: wat ga je doen na het windsurfen?
‘Dat weet ik nog niet, maar als ik oud ben wil ik wel een mooie slanke vrouw, een echte beach chick en dan een kindje maken.’

Hoe oud denk je dat je dan ongeveer bent?
‘35 of zo? Das toch prima?’

Ja natuurlijk, mijn zegen heb je. Maar misschien eerst wat meer de nabije toekomst? Wat zijn je plannen?
‘Allereerst wil ik Sylt winnen. Daarna is het Nederlands kampioenschap Lago di Amstel Freestyle Battle, dat wil ik ook winnen. Daarna hoop ik dat een boel sponsoren met bergen met geld gaan betalen waarmee ik dan naar Bonaire, Zuid-Afrika en de rest van de mooie windsurfspots kan reizen. En ik wil wat nieuwe tricks uitvinden, dikke films opnemen en instructievideo’s maken. En proberen een voorbeeld te zijn voor de jonge kids en ze helpen net zoals anderen mij geholpen hebben. Als je een aantal jaren geleden had gezegd dat wat we nu doen mogelijk is op vlakwater hadden de meeste mensen je voor gek verklaard. Er zit echt geen limiet aan freestyle.’

 van