De flow van de Vogezen
Waar de Eerste Wereldoorlog zijn sporen heeft achtergelaten. Elke ochtend kijk ik toch altijd even op Facebook, gewoon even spieken wat je vrienden allemaal voor onzin te melden hebben. En toen kwam daar het berichtje van Ash Smit, een Engelse mountainbikegids die woonachtig is in Basel en onder andere de grondlegger is van de Trans-Provence. Hij had dat weekend één van de vetste trails buiten de Alpen gereden en aangezien hij wel wat gewend is op het gebied van trails nam ik zijn oordeel maar al te serieus. Een week of twee gingen voorbij maar die Facebook-post bleef in mijn hoofd rondspoken, ik snakte weer naar het ‘echte’ werk in de bergen. Het hielp ook niet mee dat er in mijn huis een splinternieuwe Cube Stereo Race stond te blinken en zachtjes “vroemmm vroemmm” naar mij fluisterde. Toen redacteur Irmo Keizer opzoek was naar terrein om twee allmountain bicyclettes te testen was het gedaan, ik mailde Ash voor meer details rondom die trail…
Tekst: Michiel Rotgans
Foto’s: Michiel Rotgans (MR) en Irmo Keizer (IK)
Een week later zaten we op vrijdagmiddag in een busje richting de Vogezen. Europees four-crosskampioen Joost Wichman was aangehaakt. Het was nog net voor zijn wedstrijdseizoen en hij had wel zin om wat anders af te knallen dan een four-crosstrack. Toen we Ash op de hoogte hadden gesteld van onze plannen naar ‘zijn’ trail vertelde hij dat het gebied een gigantisch netwerk aan singletracks bezit. Hij hoefde geen tel na te denken en stapte ook in zijn auto om zijn vondsten in de Vogezen met ons te delen.
De Vogezen is een zogenoemd middelgebergte in Frankrijk vlakbij de Duitse en Zwitserse grens. Vanaf Amsterdam is het ongeveer zeven uur rijden en vanaf Maastricht ben je er al in vier tot vijf uurtjes. Wij positioneerden ons in het dorpje Thann, gelegen in het departement de Elzas, welke natuurlijk beroemd is om zijn wijn. De ligging van Thann is voor bikers erg gunstig te noemen, het dorpje ligt in een vallei en veel van de trails komen er op uit. ‘s Avonds laat checkten we in bij Hotel de France en gingen we snel op één oor om toch nog even rust te pakken voor het weekend dat volgde.
Eindeloos flowen door de bossen van de Vogezen.
Als een echte mountainbikegids had Ash onze dag van voor naar achter ingepland. Omdat we maar twee dagen hadden en hij ons tientallen trails wilde laten zien gingen we ‘car-assisted’ te werk. Voertuig A werd ergens gedropt en met zijn allen gingen we in voertuig B verder, vervolgens parkeerde we deze en klommen we per fiets een paar honderd hoogtemeters. We daalde Singletracks af zodat we weer uitkwamen bij voertuig A en vervolgens pikten we voertuig B weer op. In deze puzzel hield hij ook nog rekening met de stand van de zon op de hellingen en dat we rond het middaguur wel bij een waardig lunchtentje uitkwamen. De eerste klim en afdaling ging vanaf de Sudelkopf richting het oosten. Een eenvoudige maar speelse singletrack gaf ons de gelegenheid om onze reflexen weer aan te scherpen na een paar maanden rondjes over de hei in Nederland. De Cube Stereo had ik al eens uitgelaten op een rondje Schoorl maar nu voelde ik ineens waar het beestje voor gemaakt is. Wortels werden verslonden door de suspensie. Dit voelde als een thuiswedstrijd voor de Stereo. Ik reed voorop toen ik door het felle tegenlicht pas op het laatste moment een overliggende boomstam in de smiezen kreeg. De enige uitweg was om maar vol in de ankers te gaan. Irmo volgde op korte afstand en voor hem was de plotselinge remactie nog onverwachter dan voor mij. Hij ging van zijn fiets af en in die beweging bleef zijn broek achter zijn fiets haken met een grote scheur over zijn gehele broek tot gevolg. Irmo had nu een super goed geventileerde broek maar liep er ook halfnaakt bij. Met wat touw wist hij de boel aan elkaar te knopen, goed genoeg om de dag uit te rijden.
Ash loodst ons door het spinnenweb aan paarse lijntjes.
Na een klein klimmetje kwamen we bovenaan de beroemde Facebook-trail van Ash. Voor het eerst kwamen we andere bikers tegen. Lokale mannetjes met fullface-helmen aan ‘t stuur stonden klaar om in te droppen. Wij lieten ze voor gaan want soms stopten we om foto’s te maken. We reden een bospad met tal van switchbacks en losse stenen, die ons langs een pittoresk kerkje leidde. Het pad zat vol met natuurlijke jumps en het was een gaaf gezicht om achter Joost Wichman aan te rijden. Kleine sprongetjes, gecontroleerde slips, snel bochtenwerk, hij benutte de helling als een grote speeltuin. Halverwege deze afdaling werd het terrein meer open en was het tijd om wat foto’s te maken. Toen Irmo zich ergens in de bossen ging opstellen stuitte hij op restanten van munitie, dat achtergelaten moest zijn geweest door soldaten uit de Eerste Wereldoorlog. Ineens herinnerden we ons van de geschiedenislessen dat hier van 1914 tot 1918 gigantisch veldslagen geweest zijn. Soldaten hebben hier een aantal jaren de bergen op- en afgelopen en dit verklaarde ook gelijk het ontstaan van dit geniale trail-netwerk. Na het schieten van een paar platen ruimen we de cameraspullen op en genieten nog even van de trail voordat we aankomen bij voertuig A. Met voertuig A pikken we ook voertuig B op en zetten deze in het dal van Thann. We reden weer omhoog de Col Amic op voor onze ‘afternoon-trail’. Deze is in principe een grote traverse door het gehele dal van Thann maar wordt hier en daar onderbroken door een stuk of vijf klimmetjes van maximaal een kwartier per stuk. Ook hier reden we weer op bosgrond met wortels en stenen. Qua verscheidenheid van trails is er in de Vogezen niet de grootste diversiteit maar de trails die er zijn zijn zo goed dat je je in het gebied rondom Thann makkelijk een week kunt vermaken. De lange traverses gingen soms gepaard met steile wanden aan de rechterkant. Gespannen bleef ik een beetje links houden omdat ik het niet zo heb op afgronden. De eerste lekke band van de dag diende zich aan op de twentyniner van Irmo, maar met een beetje group-effort was het probleem zo weer verholpen. Ook hier was de ondergrond lekker grippy en voelde je bij elke bocht dat de noppen van je banden zich ingroeven in de trail. Ineens moesten we met zijn allen vol in de rem toen we de eerste wandelaar van die dag tegenkwamen. Het oude mannetje begon een beetje te mopperen en met zijn wandelstok in de richting van onze fietsen te wijzen. Ash spreekt goed Frans en probeert wat begrip van de man te krijgen maar toen hij maar bleef doormopperen gaf hij het op. We reden door. Na een paar sexy singletrails afgewisseld met korte intense klimmetjes kwamen we aan bij de laatste afdaling van de dag. De groep zat er lekker in, snelheden werden opgevoerd en iedereen was elkaar aan het pushen om sneller te gaan. Met Joost in mijn vizier begon mijn fiets onafhankelijk van mijn lichaam andere lijnen te rijden. Wanneer ik bij twijfel voor bepaalde steenpartijen eerder die dag nog zou remmen liet ik de fiets nu op volle snelheid er vanaf rijden en met succes. Tja, op snelheid wordt alles makkelijk maar je moet alleen die knop in je hoofd kunnen omzetten! Irmo had wederom een lekke band, maar dit keer waren zijn binnenbanden op, dus zat er voor hem niets anders op dan het laatste stukje van de trail te lopen. Voldaan stonden we onderaan de helling na een dag (allmountain)biken. Twee van ons deden de grote voertuig-wisseltruck om weer met twee auto’s in het dal te staan en twee van ons dropen af richting het buurtcafé voor een lokaal biertje.
Ash Smit deelt zijn vondsten met ons.
Joost Wichman ziet de berg als een grote natuurlijke four-crosstrack.
De volgende ochtend stond er een andere berg op het programma, de Thanner Hubel. Ash voelde zich niet zo lekker, besloot even niet mee te fietsen en shuttelde ons een eind de berg op tot aan de Col du Hundsruck. Hij gaf ons zijn hoogtekaart en liet ons zien hoe we moesten rijden naar een paars lijntje, de trail. De hele kaart was overspoeld met paarse lijntjes, Ash verzekerde me dat deze ook allemaal te rijden waren en weer kregen we de bevestiging dat we in een heel erg bijzonder mountainbikegebied waren. Een klim van ongeveer twintig minuten was wat volgde. Onderweg kwamen we een heuse plas sneeuw tegen. Niet zo gek rond deze tijd van het jaar want het was immers begin maart. Er had eigenlijk veel meer sneeuw moeten liggen. Op dezelfde bergen als waar wij aan het fietsen waren bevinden zich ook kleine skigebieden die buiten bedrijf zijn gesteld door één van de slechtste winters sinds jaren. De trail was een lange traverse naar de andere kant van het dal en was een genot om te rijden. Onderweg voelde mijn rug wel erg nat aan en mijn vermoeden dat mijn camelback lekte werd bij het afnemen van mijn rugzak bevestigd. Onderin de tas dreef een cocktail van ondermeer sportdrank, duct tape en tie-wraps en ik besloot mijn vochtvoorraad maar gedag te zeggen en schudde de boel leeg. Bij het vervolgen van de trail werden we wederom getrakteerd op wat bij ons inmiddels bekend stond als Vogezen-flow. Grippy bosgrond, vloeiende bochten en natural jumps, een genot voor elke biker. Met smiles op onze gezichten reden we de trail uit, Ash moest lachen toen hij drie blije koppen voorbij zag komen. “Did you like it?”, vroeg hij. Een antwoord was natuurlijk niet nodig…
Zonder de Facebook-pagina van Ash Smit hadden we hier niet gereden.
Kedegedeng… kedegedeng…
Gelijk daarna stond wederom de Col de Hundsruck op het programma maar nu met een afdaling meer naar het zuiden. We parkeerden voertuig A (een busje) bovenaan de berg en we haalden onze fietsen er via de achterdeur uit. Ash besloot toch maar mee te gaan omdat hij zich inmiddels beter voelde en kleedde zich om. Vol van enthousiasme verlieten we de bus en begonnen een klim van ongeveer twintig minuten naar de Kuppelthannkopf. De volgende dertig minuten bestonden wederom uit de bekende ‘Vogezen-flow’ maar nu waren de paden bedekt met bladeren, waardoor de trails nog vloeiender werden. Onder het motto ‘wat je niet ziet, is er niet’ scheurden we deze bergwand af zonder een idee te hebben van wat er onder die bladeren lag. Onderweg stopten we even om nog wat foto’s te maken maar snel gingen we verder door dit spinnenweb van trails. Rond de lunch kwamen we uit in Thann en vervolgden we onze weg naar een restaurantje. En dit was het moment waarop ik constateerde dat de broekzak van mijn short niet meer dichtgeritst was. Snel klopte ik op alle mogelijke zakken om te voelen of er iets in zat maar tevergeefs. “Jongens, ik ben de autosleutel verloren!” en iedereen keek me verrast aan. Tijdens het eten begonnen we allemaal na te denken waar de sleutel kon liggen en wat voor scenario’s er zouden komen als we hem niet zouden vinden. Afspraken voor de volgende dag in Nederland werden in ons hoofd al afgezegd en Ash begon zijn enige fijne spijkerbroek die achterin de bus lag al te missen. We besloten de trail nog een keer af te dalen per fiets maar dit keer stapvoets. We kwamen weer aan op de Col de Hundsruck en daar stond onze bus… Ik schrok me rot. De schuifdeur stond open. Ik haastte me om te kijken of er spullen gestolen waren. Zucht, ik kon weer ademhalen, alles lag nog in de cabine, waaronder telefoons en kostbare fotografiespullen. We waren vergeten de schuifdeur dicht te doen maar de rest van de bus zat wel op slot. Het enige wat we nu opgeschoten waren was dat Joost en ik een telefoon hadden maar we konden nog steeds geen kant op met de bus. We deden de schuifdeur dicht en deze viel in het slot, we zetten onze zoektocht voort. Ash kon met zijn auto in de buurt komen van de plek waar we foto’s hadden gemaakt en besloot direct daar heen te rijden. Langzaam rijdend en met een zoekende blik keken we om ons heen om de sleutel te vinden. Zonde om zo’n mooie trail als slakken af te dalen maar we hadden wel grotere zorgen aan ons hoofd. “Tring…” En daar kwam het verlossende telefoontje van Ash, hij had de sleutel gevonden. “Wat een opluchting.” Ik scheurde met ongekende snelheid de berg af om Ash te omhelzen. Joost moest lachen, want hij had me dat weekend nog niet zo hard zien rijden. Ash had de sleutel gevonden onder een stapel bladeren op een plek waar ik liggend had gefotografeerd, hoezo een speld in een hooiberg vinden? Voor het vinden van de sleutel moest ik mijn fiets inleveren bij Ash en moest ik een metertje of vierhonderd teruglopen naar zijn auto, op dat moment maakte me dat geen bal uit. We werden weer terug naar de bus gebracht die bovenop de col stond en toen moest ik pas echt de prijs betalen voor het verliezen van de sleutel. Ik moest de bus naar beneden rijden en mocht niet net als Joost en Irmo per fiets afdalen. Ach, er zijn ergere dingen in het leven en ondanks deze (kleine) domper op de trip kon ik opgelucht ademhalen na een weekend met vele kilometers flow door de Vogezen.
Je zou het niet zeggen maar Joost Wichman is even op vakantie als professioneel four-crosskampioen.
Weet je nog dat we je in het vorige nummer wezen op het nut van een uv-filter? Irmo Keizer ondervond dit in den lijve tijdens de trip naar de Vogezen. Lekker dicht op de actie met de groothoek. Joost kwam aanrijden, liet de achterkant opbreken en lanceerde zo een steen richting de lens. Het uv-filter aan gruzelementen. In eerste instantie leek ook de lens zelf beschadigd, maar de doffe plek bleek na een voorzichtige veeg met een lensdoekje verdwenen. Kortom, de schade viel mee. Zonder het uv-filter was de schade in de honderden euro’s gelopen.
Joost kwam aanrijden, liet de achterkant opbreken en lanceerde zo een steen richting de lens.
Reistips
Wil je ook biken in de Vogezen? Positioneer jezelf dan in Thann, een pittoreske plaatsje waar vele trails op uitkomen. Voor verblijf raden we Hotel de France of Hotel Cigogne (www.hotellacigogne.com) aan. Koop een hoogtekaart bij de VVV van Thann – Masevaux en ga de paarse voetgangerspaden rijden. Vrijwel elk streepje levert gegarandeerd een goede trail op. Wij zijn het weekend ‘car-assisted’ te werk gegaan en hebben maar vijfentwintig procent van onze afgedaalde hoogtemeters ook geklommen, dit om zoveel mogelijk te kunnen rijden en shooten in korte tijd. Wil je alles op eigen kracht klimmen is dat ook prima mogelijk, trek er dan wel wat meer tijd voor uit.