Herfst in het Zwarte Woud: Vertragen op eindeloze gravelpaden

Tekst: David Sluiter, beeld: Merlijn Spenkelink

Op 21 september is overal ter wereld de dag en de nacht even lang. De zon staat precies boven de evenaar en dat moment markeert de overgang van de zomer naar de herfst. Vanaf nu wordt de daglichtperiode korter dan de nacht. Waar de natuur zich in dit seizoen voorbereidt op de rust van de winter komt Nederland juist op gang. Mensen zijn terug van hun vakanties, scholen zijn gestart, het werktempo gaat weer omhoog.

Voorheen zag ik de herfst als een afscheid. Lome zomerdagen en lange avonden op de fiets maakten plaats voor de binnentrainer en regenachtige ritten over een vies wegdek. Maar door goed te kijken, ontdekte ik in de herfst steeds meer mogelijkheden om de natuur op een andere manier te beleven. De mogelijkheid om met Merlijn en Michael het Zwarte Woud op de gravelbike te verkennen greep ik dan ook graag aan. 

Het verkeer werkt mee en na een autorit van zes uur rijden we het Zwarte Woud binnen. Gelegen in het zuidwesten en geologisch verwant aan de Vogezen, is het Schwarzwald Duitslands grootste bosgebied. We rijden door schilderachtige dorpjes. Ik zie houten huizen met balkons versierd met geraniums. We nemen gas terug wanneer een stel op leeftijd rustig de straat oversteekt. Op een dorpspleintje vieren we onze aankomst met een Nussecke, één van de vele zoete traditionele Duitse gebakjes. Het lijkt alsof de tijd hier heeft stil gestaan. 

“Het spatbord zit al op je fiets”, zegt Merlijn met een grijns. Ik had er zelf niet aan gedacht een spatbord mee te nemen. Merlijn en Michael, twee doorgewinterde fietsers. Ploegmaats in de fixed gear scene, verdienstelijk in de competitie, avontuurlijk op de gravelbike. Merlijn wijdde zijn leven aan de fiets en brengt met zijn camera en creatieve blik alle facetten van het fietsen in beeld. Michael heeft net het alternatieve ultra-gravelavontuur Le Pilgrimage in de Alpen in de benen en kijkt van geen enkele klim meer op. Met zijn wheelies en bunnyhops op zijn stalen Surly, gebruikt hij de gravelpaden als een skatepark.  

De zon staat laag wanneer we in de namiddag vertrekken voor een verkenningsrit. Het heeft net geregend en de zon komt door. Lange schaduwen vallen over het glinsterende wegdek. We rijden we het dorpje Hinterzarten uit en al gauw maken we kennis met het grote netwerk van gravelpaden. Vergezichten over groene weides wisselen zich af met paden door het bos. Al gauw wordt duidelijk waaraan het Zwarte Woud zijn naam heeft te danken. Het bladerdak van het dichte dennen- en sparrenbos laat nauwelijks licht door. De kleine watervalletjes en het felgroene mos dat in het donkere woud lijkt op te lichten, doen mystiek aan. We klimmen naar de top van de Feldberg, het hoogste punt van het Zwarte woud. Het voelt alsof de autoreis al ver achter ons ligt.  

Hotel Stuub is een net en schoon hotel zonder opsmuk. Met uitzicht over Hinterzarten biedt het een mooie uitvalsbasis om het Zwarte woud te verkennen. ’s Avonds wandelen we de heuvel af om te eten bij de vele leuke eetgelegenheden die het dorp rijk is. 

***

De volgende dag zitten we vroeg op de fiets. De nevel hangt tussen de beboste heuvels. In het ochtendlicht fietsen we langs het donkere meer de Titisee. De geur van dennen en vochtige grond hangt in het bos, de frisse lucht vult mijn longen. Ik zie elfenbankjes en rood met witte paddenstoelen. Alsof ik door een sprookjesbos rijd. Ruim 200 jaar geleden moeten de gebroeders Grimm dit ook zo gevoeld hebben. De twee schrijvers groeiden op in de buurt van het Zwarte woud. De omgeving beïnvloedde ongetwijfeld hun werk. Veel van hun sprookjes, zoals Hans en Grietje en Roodkapje spelen zich af in de donkere bossen. Hun invloed is ook in de omgeving terug te zien. In Titisee-Neustadt staat bij een traditionele klokkenmakerij een reusachtige koekoeksklok aan de straat. Elk uur verzamelen zich hier toeristen voor een sprookjesachtig, mechanisch schouwspel. In de kleinere dorpjes zien we Narrenbrunnen, ook wel “dwazenfonteinen”, waterpunten versierd met bronzen beelden van sprookjesfiguren die verwijzen naar humor en carnaval.

We verlaten de bewoonde wereld. Hier toont het Zwarte Woud zijn veelzijdigheid aan gravelpaden. Over een singletrack die langs een wand met hoge dennen traverseert klimmen we omhoog. We passeren avontuurlijke houten bruggetjes. Niet veel later komen we aan bij die lange Allee. Deze acht kilometer lange afdaling over een prachtige, brede gravelstrook is niet langzaam te nemen. We vliegen door het bos, de bomen schieten langs ons heen. De hoge snelheid verdringt overbodige gedachten en brengt alle focus naar het stuk pad voor me. Ik beweeg steeds sneller voort, terwijl ik van binnen vertraag. 

Even later klauw ik mijzelf omhoog in de onverharde haarspeldbochten van de Dürrenberg. Ook al is het met zijn top op 1022 meter een bescheiden berg te noemen, de hellingspercentages maken het een venijnige klim. Meter voor meter laat ik het steile pad van vermalen puin achter me. Het geknisper van mijn banden over de ondergrond, de pedaalslagen, mijn ademhaling. Deze momenten brengen rust in de tent. 

De eindeloze gravelpaden leiden ons door dunbevolkt gebied. We zien oerbos met grote keien, beekjes en heuvelachtige weilanden. Koeien kijken verbaasd op. Op het geklingel van de koebellen, het kabbelende water en het ruisen van de wind na, heerst hier volledige stilte.   

We stoppen voor lunch bij die Kalte Herberge. Veel wandelaars die de Westweg-route lopen, brengen hier de nacht door. Het oud-Duitse interieur en de mix van wandelende en fietsende reizigers geven het gevoel alsof ik in een berghut ben. De vriendelijke herbergier serveert een heerlijke lunch met zelfgemaakt gebak toe. 

Het laatste deel van de route vliegen we tussen de weilanden door in een afdaling over perfect glooiend asfalt. Aan het einde van de middag doemen de skischansen en de karakteristieke, bolvormige kerktoren van Hinterzarten op aan de horizon. 

***

Op de dag van vertrek maken we in de vroege ochtend nog een korte rit. De opkomende zon en de naderende donkere regenwolken maken de lucht tot een schilderij met vegen van alle tinten ochtendlicht die er zijn. Terwijl de eerste regendruppels vallen zetten we de fietsen achter op de auto. 

Vlak voor vertrek laat de zon zich nog een keer zien. Er valt een bundel zonlicht over het dal. Het bladerdak van de donkere bomen verandert in een vuurwerk van goud, roest, oker en koper. Het is alsof het Zwarte woud zijn laatste vurige groet brengt aan de zomer, en aan ons. 


Wil je op de hoogte blijven van leuke nieuwtjes? Volg ons dan op Instagram en Facebook. Benieuwd naar vette blogberichten uit het Up/Down Mountainbike Magazine? Klik hier! Wil je de gehele Up/Down #6 2024 bestellen? Klik dan hier!

 van