19-07-2016 - Nieuws, Wielrenblad

De Noordkapers: Het lijf past zich aan

Update 28/07: Doet je kont dan niet zeer? Verlies je niet heel veel kilo’s? Heb je geen last van zere benen? Deze vragen zou ik me ook stellen. Een fietstochtje naar de Noordkaap is niet hetzelfde als naar de Lidl om de hoek, dat besef ik. Maar het lijf past zich meer en meer aan. En dat is heerlijk. 

Door Sam Matthysen

De eerste dagen heb je moeite om dubbel zoveel boterhammetjes met choco naar binnen te werken. Ook die muesli met kwark lijkt wel een berg waar je een jaar of twee zoet mee bent. Met lange tanden stouw je nog een banaantje weg. Maar na 25 dagen moet je jezelf afremmen om niet de gehele broodzak integraal in je maag te leggen. De aanvankelijk net gepaste campingkookpotjes zijn nu gemaakt voor holle tanden te vullen. De interne hoogoven verslindt ieder reepje chocolade, bolletje ijs of zuurtje als een snipper hout in een Leuvense stoof.

De somtijds pijnlijke knoken van de achterste zitvlakzones staan eveneens met momenten te schreeuwen om niet meer op dat zadel te hoeven zitten. Hoe goed de zeem je perineum ook verwend. Gewoon gevoelloze plekken of puisten van dertien meter zijn bij pech of onweer je deel. Maar na 25 dagen is het zadel de ene dag een sofa, de andere dag een ligbed, waarop je billetjes een teken van erkenning geeft. Ze staan er in gegraveerd als letters in een herdenkingsplaat.

De Noorkapers_Wielrenblad
De Noordkapers in custom outfit van Sportful

Ook het welgekoesterde en o zo belangrijke rust-in-vredemomentje tussen drie muren en een deurtje met slot, kunnen de eerste dagen variëren van modderstromen tot betonformaties. Geen zegen, en het zweet breekt je uit als je niet meteen kan of mag. Maar na 25 dagen is een slok koffie genoeg om de gladjakkers gestroomlijnd naar andere oorden te voeren. Waarop je netjes je handen wast en weer een heerlijke dag tegemoet gaat.

Hetzelfde verhaal met je boeltje opkramen. Eerst twijfel je nog waar waterkoker en luchtbed moeten. Na drie weken zet je koffie terwijl je doucht. Ligt tweederde van de overbodige bagage in een kartonnen doos onderaan, wachtend op een verder stoffig bestaan in de schuur thuis. En worden blindelings links en rechts regelrechte vondsten gedaan. Iedere dag dit daar en dat ginder geeft gewoon ritme.

Een lekker gevoel om door te gaan. Nog negen dagen.


Update 19/07: De Noordkapers slaan vandaag rechtsaf. Een gele pijl met zwarte letters geeft Juvvasshytte aan. Daaronder zie ik ook een bruine pijl met witte letters die Galdhoppigen in alle sier vermeld. Interessant lijkt me: het hoogste punt van Noorwegen. 

Tekst & Beeld: De Noordkapers (Guus Snaterse, Sam Mathyssen, Jelle Lugten en Niels van der Pijl)

De trappers gaan rustig. De fut is er al wat uit na de vele plensbuien, mistmomentjes en ril- en trilbevingen van eerder op de dag. Ik prop nog snel een banaan in mijn mond. De weg rijst statig naar boven. De bochten zijn al uitgereden door de vele auto’s en busjes. Bomen en struiken worden de graadmeter voor de stijgingsgraad. Even puffen door De Noordkapers!

De Noordkapers_Wielrenblad_03

Ik kijk op mijn gloednieuwe ieniemienie fietscomputertje van drie tientjes. Al een kilometer bergop achter de rug. Mijn hemel, is het nog zo ver. Zeven acht zeven zes negen kilometer per uur: zou wandelen sneller gaan? Ik begin nu al een beetje af te tellen. Geen idee wat er nog komen gaat. De bomen worden vervangen door struikjes. Hutjes en huisjes verdwijnen bij het zien van kale rotsblokken met mos en roze bloemetjes. Nu staar ik voor me uit en stel me helemaal de vraag: waar naartoe? Waar is die top?

 De Noordkapers_Wielrenblad_02

Windvlagen duwen mijn fiets met kekke schijfremmen naar links, rechts en vooral niet omhoog. Ik zwalp over de weg als een studentikoze tiener op zaterdagavond. De schoonheid van de berg hier en de vallei daar laten me meer en meer onberoerd. Ik zoek enkel nog die top. Waar ligt ie? Ik zie enkel een weg die als een muur tegen me op lijkt te leunen. Flets… De wind waait nu zo hard dat mijn loopsnot ongecontroleerd en ongevraagd op het asfalt wordt gesmeten. Auto’s rijden traag voorbij. De een checkt of alles wel in orde is met de verwaande fietser die loopt te puffen als een afzuigsysteem in de badkamer, de ander vraagt zich af wat een mens überhaupt bezield zichzelf als een sadomasochist te lopen afpeigeren.

De Noordkapers_Wielrenblad_01

Nu beginnen spatjes miezer weer op mijn brilletje te komen. Mijn haren komen recht… alleen al van de gedachte: niet weer een bui. De wind waait al zo hard. Iedere zweetdruppel wordt tegen 180 over mijn schouder gekatapulteerd. Geen greintje warmte blijft over. Ik verschuil mijn kin en oren achter mijn buffje. Hopend op beterschap, rijd ik weg van deze wereld.

De Noordkapers_Wielrenblad_04  Bocht na bocht loop ik af te tellen. Steeds hoger kom ik. Maar ik lijk al een halve week op deze kille berg te vertoeven. Aftellen naar die top. Genieten hoort er niet meer bij. Ik ram de laatste restjes energie uit mijn uitgewoonde lijf.

De Noordkapers_Wielrenblad_06

EIN-DE-LIJK… Daar zie ik de hut. Een grauwe wandelarenmeetingpoint om naar het besneeuwde maanlandschap daarachter te kunnen, met koffie en gebak aan televisieprijzen. I don’t care.
Nog drie pedaalslagen. Nog twee keer stoempen. Nog een forse ruk. OEF. Met flapperende lippen adem ik uit. Er komt een roes binnen van geluk en opluchting: hemels. Een kik waar ik het voor doe. I f*cking did it. Ik schreeuw het uit. Vanbinnen. Fier op mezelf. Gereden voor mezelf. Genoeg van mezelf. Gegeven. Ik daal weer terug af naar de aarde.

De Noordkapers_Wielrenblad_05

Volg Guus Snaterse, Sam Mathyssen, Jelle Lugten en Niels van der Pijl met elke pedaalslag via Facebook en Instagram. Tot op de Noordkaap! In de tussentijd zullen we jullie op de hoogte houden van de vorderingen! Voorlopig sluiten we af met onderstaand gedicht! 

Een derde van de reis is gevlogen.

Een derde van de afstand is weggetrapt.

Het zitvlak geraakt gewend aan de uren.

De benen beginnen niet meer plots te verzuren.

Het hoofd staat op vooruit.

Ook al moet je er vroeg uit.

Landschappen razen voorbij.

Honger en vermoeidheid zijn soms nabij.

Maar het genieten blijft.

De fiets heeft ons volledig ingelijfd.

 van