23-02-2009 - Windsurfen, Nieuws

Masten en Gieken

De tijd dat je een epoxy-buis in je zeil schoof en de giek middels een zeer vernuftige maar lastige knoop op je mast bevestigde ligt ver achter ons. Mast, giek en zeil vormen een haast organisch geheel, en functioneren pas optimaal als de losse delen op elkaar zijn afgesteld.

 

 

Geschiedenis
Toen Jim Drake en Hoyle Schweitzer eind jaren zestig hun windsurfer op de markt brachten was de mast een eendelige glasfiber-epoxy stok. Heel veel hoefde deze niet te buigen; de neerhalerspanning was miniem en bij de giek werd het zeil eigenlijk alleen aangetrokken om de plooien uit het zeil te halen. Hoe anders is het tegenwoordig. Met zeilen tot wel 12,5 vierkante meter is de mast inmiddels een doorslaggevend onderdeel van het zeil geworden. De mast bepaalt voor een groot deel de shape van het zeil: zeilmakers snijden hun zeilen zo dat de curve van de mast precies overeenkomt met de buiging van het zeil. Alleen op die manier kunnen ze ervan op aan dat wat zij met hun zeil bedoelen ook op het water tot uiting komt.

 

Wat doet een mast?
De functie van een mast is het in profiel houden van het zeil. Hij wordt hier speciaal op ontworpen. Zo kan het dat de mast vooral zijwaarts beweegt. Hierbij wordt het zeil meegebogen en ontspant het waardoor het meer profiel krijgt. De mate van mastbuiging bepaalt dus waar meer of minder profiel in het zeil opgebouwd wordt, waar het drukpunt zit en vooral waar deze tijdens vlagen heen zal gaan. Vandaar ook dat zeilontwerpers hier bij hun ontwerp rekening mee houden en een zeil ontwerpen op een vooraf bekende buigcurve. Wat dat betreft functioneert een zeil dus pas optimaal als je er de juiste mast insteekt.

 

Materialen
De meeste masten die tegenwoordig in de winkel liggen zijn (deels) van carbon. Toen de carbonmasten net opkwamen in de jaren negentig waren ze nog grotendeels opgebouwd uit glasfiber met een klein deel carbon, maar na verloop van tijd lukte het de fabrikanten het carbonpercentage te verhogen. Over de jaren is het carbonpercentage is masten steeds verder omhoog gegaan. Had eind jaren negentig de high end carbonmast nog een carbonpercentage van 65%, tegenwoordig bestaan deze masten bijna allemaal voor 100% uit carbonfiber. Hoe hoger het carbonpercentage van je mast, hoe lichter en reactiever je zeil aanvoelt. Dit merk je als je ermee vaart. Vlagen worden omgezet in snelheid, je zeil voelt stabieler aan, directer en vooral lichter. Doordat carbon per gewicht stijver is dan glasfiber hoeft er minder van gebruikt te worden om toch dezelfde stijfheid te verkrijgen. Een stijvere mast zal bij gelijk gewicht sneller swingen dan een zachtere mast. Bij gelijke stijfheid zal de lichtere mast sneller swingen, hetgeen je zeil een reactiever karakter geeft, het profiel beter vasthoudt in vlagen en alle energie van de wind ook echt omzet in snelheid. Je zult dus waarschijnlijk harder gaan, het gijpen gaat lekkerder en het wordt ook makkelijker om je moves te doen. De hoeveelheid carbon waar je voor kiest heeft helaas ook grotendeels met de maat van je portemonnee te maken. Wij raden aan om in ieder geval te kiezen voor een mast met een carbonpercentage van 50% of hoger.

 

SDM of RDM?
Een aantal jaar geleden deed de skinny of RD M mast zijn intrede. RD M staat voor

 van