Sankt Anton
In het hooggebergte van Sankt Anton ligt ergens tussen twee bergtoppen een Klettersteig verborgen. De puntige rotsgraat geldt in zomerse omstandigheden wellicht als een laagdrempelige klimtocht, maar is gedurende de winter een avontuurlijke uitdaging voor freeriders. We nemen je even mee op klimtocht.
De ongeveer twee uur durende klimroute zal ons naar de andere zijde van de berg leiden, waarna we over de volgesneeuwde flanken van dit speciale stukje Tirol af kunnen dalen. Met de brandende zon in het midden van de straalblauwe lucht bereiden we ons voor op wat een zweterige klim belooft te worden.
Daar staan we dan, helemaal volgehangen met materiaal. Ik voel me net een kerstboom met die camera om mijn nek, lawinepieper, klimgordel, bandschlinges en karabiners. We hijsen onze zware rugzakken op onze rug en lopen naar het begin van de klimroute. Onderaan de Klettersteig laten we ons door de makkelijke start bijna voor de gek houden. Echter, als je goed vooruit tuurt in de verte kom je al vrij snel tot de conclusie dat de zigzaggende kabel geen overbodige luxe is op de donkere rotsmassa. Ik check nogmaals of mijn klimgordel wel goed vastgesnoerd is, mijn helm niet te los op mijn hoofd zit en of mijn snowboard niet te veel aan mijn rugzak wiebelt. Mocht ik dan de diepte instorten, dan kan het daar in ieder geval niet aan liggen.
Vanuit het skigebied van Sankt Anton kun je met de Riffelbahn II het startpunt van de Winterklettersteig bereiken. De route stuurt je via de top van de Rendlspitze (2816m) over de verse sneeuw van het Malfontal helemaal terug naar het dorpje Pettneu. Wanneer er verse sneeuw gevallen is, zijn er meerdere gevarieerde afdaalmogelijkheden, die qua niveau behoorlijk uiteenlopen. De klim is niet langer dan 850 meter en bij slechts een derde van de tocht moet je jezelf echt ergens overheen hijsen om over steile passages te geraken. De in 2000 ge bouwde route lijkt hierdoor dus niet bijzonder moeilijk. Het vergt echter toch een zekere mate van klimvaardigheid. Niet omdat er technische passages inzitten, maar omdat je met softboots, een snowboard op je rug en natte handschoenen toch wat sneller van de berg afglipt. En moeilijk of niet, de gapende diepte blijft voor zowel beginners als gevorderden even indrukwekkend.
We zijn nauwelijks tien minuten onderweg of het eerste obstakel rijst als een donkere massa op in het felle zonlicht. De rots zorgt voor een grote, verkoelende schaduw en tegen de zon in zie ik de contouren van de berggids. Ik knipper een keer met mijn ogen, zodat ik een scherp beeld heb en kan afkijken welke stappen hij zet. Voordat ik mijn analyse kan starten is hij al boven. Bij de vraag of dat komt doordat hij op skischoenen meer grip heeft, hij deze tocht al ontelbare keren gedaan heeft of hij gewoon het gen van een berggeit bezit ga ik niet te lang stilstaan. We hebben allemaal al vaker in de rotsen gehangen, maar loodrecht omhoog klimmen met snowboarduitrusting en een lawine-airbag is ook voor ons als semi-alpinisten een redelijk nieuwe ervaring. Het leek ons in eerste instantie een leuk spelletje ‘proberen-niet-met-je-uitrusting-achter-de-kabel-te-blijven-hangen’, maar het is voor ons al snel game over. Elke keer dat ik met mijn rugzak, snowboard of boots blijf hangen en mijn hart het bloed wat sneller door moet pompen vanwege de schrik, probeer ik een mak kelijkere techniek te bedenken om veilig van kant te wisselen. Tegen de tijd dat ik die gevonden heb, staan we echter al bijna op de top.
Hoewel er momenten zijn waarop je jezelf af kan vragen waarom je niet gewoon met de megasnelle, gloednieuwe gondel omhoog gegaan bent, is de gapende diepte onder je toch de zweethandjes waard. Koorddansend de poeder in, dat doe je ook niet dagelijks.
‘Bergheil!’, deze vertrouwde, typisch Oostenrijkse alpinistengroet klinkt vredig als we na twee uur balanceren op de top staan. De wind blaast als een ventilator langzaam de zweetdruppels van ons voorhoofd, de sneeuw doet denken aan een luxe softijsje en het uitzicht is zo cliché als een ansichtkaart.
We vermoeden dat de sneeuwcondities vandaag, met deze hoge temperaturen en zonder recente sneeuwval, niet ideaal zijn. Ach, hoe vervelend is hardpack nu eigenlijk echt, als je bedenkt dat je de af daling koorddansend bereikt hebt? Als je eenmaal gestart bent met de afdaling, kun je zonder traverses, ingewikkelde manoeuvres of belangrijke splitsingen in een stuk naar beneden tot aan Pettneu. Je snelheid behouden tot aan het bos, waar je vervolgens een beetje zigzagt tussen de bomen, is de laatste uitdaging van de tocht. Zodra je eenmaal in een van de weilanden van de dorpsboer aangekomen bent, zie je de complete tocht als bureaubladachtergrond achter je verrijzen. En de dorpsboer? Die heeft geen enkel idee waar deze drie freeriders opeens vandaan gekomen zijn…
Woord en beeld: Mirte van Dijk. Dit is een artikel uit het Taste snowboard magazine van 2015 Nr 1. Wil je de rest van het magazine lezen, dan kun je het magazine bestellen in onze webshop of word voor het gemak abonnee zodat je alle edities van Taste als eerste thuis bezorgd krijgt.