Shaping 1 on 1: In de leer bij Abezat
Ooit zou ik zelf wel eens een board willen shapen. Niet dat ik nou het idee heb dat het een goed board zou worden, maar gewoon om eens te ervaren hoe het is en misschien wat meer inzicht te krijgen in de samenloop van lijnen en contouren. Toen ik de mogelijkheid kreeg aangeboden om een lesje in shapen te krijgen van Abezat, was ik blij als een kind. Mijn oorspronkelijke plan was even ambitieus als naief. Ik had wel zin in een nieuw board en het leek me leuk dat zelf te bouwen met een beetje hulp van Abezat. Hij heeft tenslotte een machine die tachtig procent van het shapewerk doet dus die laatste twintig moest met een beetje hulp wel lukken.
Zolang ik me kan herinneren ben ik gefascineerd door boards en het, in mijn ogen, haast magische proces waarmee ze tot stand komen. Ik hou van surfboards. Ik vind het boeiend dat ondanks alle technologische vooruitgang het verschil tussen een redelijk en een goed board nog steeds bepaald wordt door de shaper. Zijn handen en ogen werken puur op gevoel samen en
weten wanneer het goed is, wanneer de magic er in zit. Al op jonge leeftijd had ik het voornemen in elk geval een keer in mijn leven zelf een boardje te bouwen. Inmiddels ben ik al heel wat jaren verder en is van dat voornemen nog niets terecht gekomen. Mijn omgeving
ervaart dat niet als een verrassing. Ik moet ook bekennen dat ik nog nooit een concrete stap in de richting van mijn eerste shape heb gezet. Ik heb twee linkerhanden, beschik bepaald niet over een timmermansoog, heb geen geschikte werkplek, mis de benodigde tools en heb bovenal – ondanks mijn interesse – eigenlijk geen flauw idee wat het plan van aanpak moet zijn.
Ongetwijfeld zou ik met heel veel geduld en tijd iets kunnen shapen dat op een regulier surfboard lijkt. Het board zou niet supersymmetrisch worden en op zeker een stuk korter, dunner en smaller zijn dan waar ik in eerste instantie op mikte, maar toch.
Een keertje oefenen onder het oog van iemand die weet wat hij doet, zou in elk geval een stap in de goede richting zijn. Eenmaal in de werkplaats van Abezatwerd mijn oorspronkelijke plan omgezet in een wat realistischer scenario. Abezat zou een board voor mij shapen en voor mij lag er een pre-shape klaar die was afgekeurd. Hierop kon ik naar hartelust oefenen. Gewapend met overall en stofmasker kreeg ik mijn inwijding in het magische proces. Wat direct duidelijk werd, was dat die twintig procent die de shaper met de hand doet het verschil maakt tussen een goed board en een mislukking.
Met een rasp in de hand mocht ik allereerst de stringer afvlakken alvorens het schuurwerk kon beginnen. Het voelde een beetje alsof je voor het eerst met een baby in je handen staat: ongemakkelijk. Bang als ik was de plank direct om zeep te helpen, ging ik met uiterste zorg te werk. Met zoveel zorg zelfs dat ik er nu nog had gestaan als Abezat me niet aanspoorde om wat
meer kracht uit te oefenen. Het voelde overigens gelijk wel heel officieel aan en met kinderlijk enthousiasme schraapte ik een paar fraaie houtkrullen van de blank. Ik was lekker bezig. Na dit klusje was het tijd de blank ‘schoon’ te schuren. Een pre-shape zit na het frezen nog vol ribbels, het nalatenschap van het werken met de shapemachine. Met een schuurpad ging ik de ribbels
te lijf. Ook dit klusje bleek lastiger dan ik in eerste instantie dacht. Abezat deed voor hoe het moest en ik was van mening dat het er niet al te moeilijk uitzag. ‘Follow the line of the water, feel the flow and make long strokes.’ Om de blank niet vol oneffenheden te krijgen is het van belang gedurende het schuren de druk op de schuurpad constant te houden. Dat bleek lastiger dan ik dacht en binnen een paar halen had zich een concaaf gevormd op een plek die niet voor
een concaaf bedoeld was, zoveel zag mijn timmermansoog nog wel. Om me niet geheel te ontmoedigen liet Abezat me begaan, al moest hij uiteindelijk wel ingrijpen omdat ik in mijn enthousiasme eveneens de rail zo hard schuurde dat ook daar een fraaie deuk begon te ontstaan. Inmiddels was ik heel blij met de wetenschap dat ik op een stuk afval aan het oefenen
was in plaats van op de blank die uiteindelijk mijn board moest worden. Het verschil tussen mijn blank en die van Abezat werd nu wel heel pijnlijk duidelijk. Maar goed, op een oude fiets moet je het leren en dus tijd voor de volgende stap.
Foto: Ray Max
Nadat ik met behulp van een template de outline van de tail had uitgetekend, mocht ik de zaag ter hand nemen. De combinatie ‘vlijmscherpe zaag en een uiterst kwetsbare blank’ zorgde voor de nodige spasmes, maar uiteindelijk leek het ergens op. Met een schone blank en een op mijn oog symmetrische outline was het tijd voor de afwerking. Dit is waar het eigenlijk pas begint en ik weet nu dat als ik ooit echt zelf een board ga shapen dit proces een paar weken gaat duren. Het mooie aan een goed board is hoe de lijnen er doorheen vloeien, het volume mooi over het board verdeeld is en het deck smooth overgaat in de onderkant. Na veel vloeken en excuses voor mijn onbekwaamheid, begon mijn blank nu toch echt op een surfboard te lijken. Althans de ene kant. De andere kant symmetrisch krijgen, bleek de echte uitdaging en ik moet bekennen
dat ik in die opzet dan ook niet ben geslaagd. Om een beetje vaart in de les te houden, lieten we de symmetrie voor wat het was en focusten we ons op de laatste en misschien wel belangrijkste stap: de rails. Abezat liet het er – zoals met alles – eenvoudig uitzien, maar ik kan je vertellen dat het extreem moeilijk was. Deze fase vraagt om een timmermansoog en bovenal om een gevoelige touch. ‘Just feel the flow and visualize the water coming of the rails.’ Na een half uur
stoeien had ik wederom een kant die wel ergens op leek en een andere rail die van een ander board leek te zijn. Abezat spaarde mijn gevoelens en vond het niet slecht voor een eerste keer.
Mocht het er ooit van komen dan weet ik nu iets beter hoe ik het maken van een board moet aanpakken. Maar ik weet vooral waarom ik voor een goed board naar een vakman ga. Het shapen was al moeilijk zat, maar het glassen en schuren van het uiteindelijk board biedt nog een hoop uitdagingen met veel ruimte voor mislukking. Voor zolang het duurde voelde ik me
toch even een echte shaper, al was het dan een slechte. Mijn nieuwe board zag er inmiddels uit om door een ringetje te halen en ik kan niet wachten tot hij klaar is. Het was een leerzame ervaring en stiekem ook wel een beetje een kinderwens die in vervulling is gegaan.
Artikel uit: 6 Surf magazine, no. 3, 2008.
Verder in deze uitgave:
-
Domburg: Ondertussen in Zeeland
-
Surfing Safari: Roadtripping in Portugal
-
De stand van zaken: Surfsboardconstructies anno 2008
-
Interview: Juriaan Roos
Zin om dit magazine te lezen? Bestel hem hier.
6 Surf magazine – Abonnee worden?