23-11-2009 - Surfen, Nieuws

Surfboardconstructies – De Stand van zaken Anno 2008

Wanneer je tegenwoordig een surfshop bezoekt, vind je een onwaarschijnlijke selectie surfboards. Anno 2008 is er een wirwar van verschillende materialen en surfboardconstructies voorhanden. De manier waarop surfboards vervaardigd worden zit in een enorme stroomversnelling en het einde lijkt nog niet in zicht. Het weergeven van alles wat momenteel in de surfboardbranche speelt is op voorhand onbegonnen werk. Hier een greep uit de belangrijkste ontwikkelingen.

December 2005 sloot Gordon Clark de deuren van zijn Clarkfoam fabriek. ‘s Werelds grootste leverancier van polyurethaan (PU) foam zette vijftig jaar lang de standaard in de ‘traditionele’ surfboardbranche. Het sluiten van de Clarkfoam-fabriek was een ingrijpende gebeurtenis voor de surfwereld.
Niemand wist even wat er precies ging gebeuren met de surfboardindustrie. Al snel ontstonden er wereldwijd echter talloze ‘nieuwe’ foamproducenten – de een beter dan de ander – die het gat dat Clarkfoam achterliet al snel hadden opgevuld.Bovendien bleek het de impuls die shapers nodig hadden hun werkwijze eens grondig te herzien. Hoewel het polyester board al decennia lang de standaard is, zijn er altijd mensen op zoek geweest naar alternatieven. Het shapen van een polyester board is arbeidsintensief en daardoor duur. Bovendien laat het eindresultaat aan duurzaamheid te wensen over en is het productieproces bijzonder schadelijk voor het milieu.

 

Tommie Dijkhuizen hoopt op een zachte landing tijdens het NK in Moliets.
Foto: Arthur Lavooy


PU of Pop-out?
Toen ik begon met surfen, een jaar of tien terug, waren er ruwweg twee typen surfboards te onderscheiden. Aan de ene kant had je high-end, handgemaakte, PU-polyester boards voor de meer gevorderde surfers terwijl je als beginner aangewezen was op volumineuze pop-outs. PU-boards ontstonden in de jaren vijftig als het perfecte alternatief voor balsa boards. Het werkt als volgt: twee stukken PU-foam worden aan elkaar gelijmd met een houten stringer ertussen. Uit dit stuk foam wordt een board geshaped dat vervolgens geglassed wordt met glasvezel en polyesterresin. Het resultaat: een handgemaakt surfboard. De combinatie van polyurethaan en polyesterresin groeide al snel uit tot de standaard in surfboardconstructie. Ook in 2008 zijn het wereldwijd nog steeds de meest gereden boards en dat lijkt, ondanks alle ontwikkelingen, nog wel even zo te blijven. Pop-outs zijn in een mal gespoten, haast onverwoestbare massaproductieboards, met een huid van polyethyleen. De pop-out technolgie die gebruikt werd, was al bewezen in de windsurfindustrie. Qua performance bood dit type surfboard aanzienlijk minder dan een polyesterboard. Het hoge drijfvermogen in combinatie met een lage prijs en een duurzaam karakter maakte het echter bijzonder geschikt voor beginnende surfers. Desondanks begon voor veel surfers de surfcarriere met de aanschaf van een PU-board omdat die nu eenmaal wat professioneler oogt. Een misvatting die het leerproces aanzienlijk vertraagt. De echte klassieke pop-out is inmiddels wel zo goed als uitgestorven.

Jelle Pennekamp test zijn flex op Bali. Foto: Shaini Verdon

 

Nieuwe technologie
De eerste belangrijke stap naar een bruikbaar alternatief in performancesurfboards werd gezet door Randy French met de oprichting van Surftech. Sinds de val van Clarkfoam zijn echter ook de voorheen traditionele shapers op zoek naar een alternatief voor hun productieproces. Het productieproces is veranderd in een technologische en wetenschappelijke onderneming met een milieuvriendelijker performanceboard als inzet. Het mooie aan deze ontwikkeling is dat het boards oplevert die niet alleen anders ogen, milieuvriendelijker of duurzamer zijn, maar die vooral ook anders surfen.

Ruwweg kan tegenwoordig onderscheid worden gemaakt tussen traditionele PU-boards, Surftechs, geperste epoxy boards als NSP en traditionele boards in epoxy. We weten inmiddels wat PU-boards zijn maar wat zijn nu precies epoxy boards? Om daar achter te komen moeten we eerst weten wat epoxy is. Epoxy is net als polyester een hars dat door toevoeging van een verharder na een drogingproces een harde substantie geeft. Epoxy wordt veel gebruikt in de scheeps- en vliegtuigindustrie, maar ook in bijvoorbeeld kano’s en elektrotechnische toepassingen. Het grote verschil tussen polyester en epoxy is dat epoxy hecht aan vele soorten foam terwijl polyester exclusief werkt met PUfoam. Bovendien is epoxy lichter en relatief milieuvriendelijker dan polyester, al is het wel duurder. Epoxy is geen nieuw product in de surfwereld. Al sinds de jaren tachtig wordt het ontwikkeld en gebruikt door epoxy-wizards als bijvoorbeeld Greg Loehr. Omdat het materiaal nog in een kinderfase verkeerde en de meeste surfers voor een PU-board kozen op gevoel en vertrouwen, kreeg epoxy niet echt voet aan de grond. Inmiddels is het 2008 en weten we een stuk beter hoe er gewerkt moet worden met epoxy. Naast een toename in het gebruik van epoxy bij de productie van surfboards, zien we tegenwoordig dat er in plaats van PU ook veel gebruik wordt gemaakt van andere foamsoorten. Voorbeelden daarvan zijn: EPS- en XTR-foam, wat tegenwoordig veel gebruikt wordt door verschillende shapers. EPS-foam staat voor Expanded Polystyrene Foam. EPS wordt veel gebruikt door fabrikanten van massaproductieboards die hun boards ‘bakken’ met sandwichtechnologie of persen met epoxy. Het voordeel van EPS-foam is dat het relatief goedkoop is en op grote schaal verkrijgbaar is doordat het veel in bouwtoepassingen wordt gebruikt. Nadeel is echter dat het schuim water opneemt, een minder flexpatroon heeft en weinig puntbelasting kan verdragen. Doordat EPS op zichzelf vrij makkelijk breekt, moet het meervoudig worden geglassed met epoxy waardoor deze boards vaak stijf zijn en minder flex hebben. Extruded Polystyrene Foam (XTR) is een andere polystyreen foamvariant met een gesloten
celstructuur. Grote voordelen van XTR zijn de sterkte, het bijna tot niet opnemen van water en de hoge belastinggraad. Bovendien is XTR geschikt om zowel handmatig als met de shapemachine te shapen. Als XTR-foam op de juiste wijze geglassed wordt kan het
ook goede flexresponse aan boards geven. En precies dat is de wringende schoen geweest in al die jaren experimenteren met epoxy. Doordat epoxy erg stijf is heeft het jaren geduurd voordat shapers doorhadden hoe ze met epoxy konden glassen zonder flex in de
boards te verliezen. Ook het zogenaamde delamineren, waarbij de huid los laat van de kern, bleek jarenlang een probleem bij de vervaardiging van epoxy boards.

Flex?
Inmiddels is het begrip flex een aantal maal de revue gepasseerd. Maar wat bedoelen we nu eigenlijk met flex? Het begrip flex is hoogstwaarschijnlijk het moeilijkst definieerbare, meest ongrijpbare begrip binnen surfboarddesign. In de basis zijn de lexeigenschappen van een board de buigeigenschappen op het moment dat er kracht op het board komt, dat wil zeggen als
erop gesurft wordt. De krachten die tijdens het surfen op een board komen zijn variabel. In een bottomturn wordt spanning op de rail en het board gezet en doordat het board doorflext laadt het zich als het ware met energie en snelheid. Tijdens het surfen rijden we vanuit de bottomturn naar de top van de golf om daar een trick te maken. Bij het maken van een topturn verliest het board dus de opgeladen energie. De energie wordt hier ‘gereleased’. Standaard kunnen we dus zeggen dat flex het board in de bottomturn laadt met energie en met snelheid naar de top van de golf beweegt waar het board zich in de topturn ontlaadt. Een board met het juiste flexpatroon geeft dus snelheid en energie in je board waardoor je je af kan zetten in de bottomturn en je kunt releasen in de topturn. Een board met een slap flexpatroon verliest energie terwijl een te stijf board de energie niet goed omzet. Traditionele polyesterboards met een stringer hebben
een bewezen flexpatroon. Het is echter wel zo dat het patroon met de jaren verslechtert waardoor je board op een gegeven moment de ‘pop’ gaat verliezen. Ouderwetse pop-outs zijn zo flexibel dat ze in de regel niet de juiste energie-ontlading bieden om ze geschikt
te maken voor echt high-performance surfen. De echte flexnuances voelen is slechts weggelegd voor hele goede surfers, maar iedere gevorderde surfer herkent het gevoel wanneer het flexpatroon van een board te slap of te stijf is. Juist omdat dit aspect in het designproces zo ongrijpbaar is, lijkt het vooral de laatste jaren het terrein dat bij uitstek geschikt is om resultaten te boeken.

Wat is er te krijgen?
Een jaar of vijftien terug begon het eerste echte ontdekkingswerk naar een alternatieve bouwwijze voor surfboards. Een van de shapers die met behulp van sandwichtechnologieen uit de windsurfwereld op zoek ging naar een andere bouwwijze was Randy French. Jaren later zijn Randy’s Surftech-boards overal ter wereld verkrijgbaar. Surftech maakt reproducties die exacte kopieen zijn van bewezen shapes van gerenommeerde shapers. Surftech-boards worden fabrieksmatig geproduceerd in EPS-foam. Om deze EPS-blank wordt een eerste glasvezel laag aangebracht. Na het aanbrengen van de vin en leash-plugs wordt het board nogmaals gelamineerd met glasvezel en epoxy. Deze hele constructie wordt vacuum gezogen en ‘gesandwiched’ waarna een laatste topcoat wordt aangebracht. Het resultaat is een lijn identieke surfboards met verhoogde duurzaamheid, een licht gewicht en dus veel drijfvermogen. De boards worden door sommigen echter als te stijf gezien, wat Surftech ertoe bewoog een nieuwe meer flexibele lijn te ontwikkelen: de TL2.
Ook merken als Bic en NSP hebben niet stilgezeten. In de laatste jaren hebben zij een enorme stap voorwaarts gezet met nieuwe epoxy-technologie. Het resultaat is een lijn surfboards die nog altijd duurzaam en betaalbaar is, maar die inmiddels genoeg performance biedt om ook de gevorderde surfer te bedienen. In de praktijk zijn deze boards echter nog altijd vooral in trek bij beginnende en semi-gevorderde surfers. Niet geheel verwonderlijk want deze merken bieden betaalbare boards waar je zeker de eerste paar jaar van je surfleven prima mee uit de voeten kunt.

Een ander alternatief zijn de Hydroflex BUFO-boards. De voor Nederlandse surfers bekende Rouven Brauers (BUFO) ontwikkelde de afgelopen jaren zijn eigen Hydroflex-technologie, gebaseerd op glasvezel dat ingebed is in de blank. BUFO-boards zijn relatief milieuvriendelijk en in combinatie met BUFO’s ander vindingen – dynamic rocker en active flex – lijkt succes in de toekomst gegarandeerd. Inmiddels zijn in de Hydroflex-technologie naast BUFO’s eigenshapes boards van Robbie Page (CREAM) verkrijgbaar en zullen er in de nabije toekomst diverse boards van andere shapers aan het assortiment worden toegevoegd. Holle surfboards zijn een andere optie. Een paar jaar geleden bestormde buitensportmerk Salomon de surfmarkt met holle boards. Ze werden gemaakt van een mix van carbon, blauw waterresistent foam (vandaar de kleur) en een triple-polypropyleen stringer die door het holle midden van het board liep. Salomon deed jaren research, voordat de boards met veel marketingbombarie gereleased werden. Inmiddels is het echter angstvallig stil rondom Salomon en zijn de boards niet meer verkrijgbaar. Het is daarom de vraag of eendagsvlieg Salomon werkelijk met de juiste innovatiemotieven de surfmarkt benaderde of dat ze puur uit winstbejag de surfmarkt aandeden. De laatste nieuwkomer op de newtechnology markt is het Australische Firewire. Firewire combineert epoxy met de shape-skills van de wereldberoemde shapers Nev Hyman en Burt Berger. Firewire-boards worden gemaakt van een EPS-kern gecombineerd met een handgemaakt balsahouten ‘prabolisch’stringersysteem. Dit stringersysteem rond de rails geeft het board ‘geheugen’, het board vindt ook na extreme belasting zijn oorspronkelijke vorm en behoudt zo de benodigde ‘pop’. Inmiddels surft surfstar Taj Burrow er zijn heats op. Ook deze boards worden uiteindelijk vacuum gezogen en met epoxy geglassed. De meeste surfers kiezen nog altijd voor een traditioneel polyester board, maar epoxy als alternatief voor polyester wint aan populariteit. Nu de epoxytechnologie de kinderziektes heeft overwonnen en er ook
alternatieve schuimsoorten voorhanden zijn, lijkt dit een constructiewijze die de komende jaren steeds meer gebruikt zal worden.

 

Yannick de Jager, La Piste

Foto: Joeie den Beer

Voor elk wat wils
Om zelf een goed beeld te krijgen van de verschillen in het surfgevoel tussen de diverse typen surfboards is het aan te raden veel verschillende boards te proberen. Surf daarom ook eens boards van bijvoorbeeld vrienden en praat met andere surfers over hun ervaringen. Door verschillende typen boards te surfen voel je welk materiaal wel of juist niet werkt. Uiteraard is de eerste indruk erg belangrijk maar surf het board zeker in uiteenlopende condities. Laag, hoog, clean of onshore, vooral met de aanschaf van een board
voor Nederland is het belangrijk dat je board allround goed presteert, aangezien de condities tijdens een gemiddelde sessie hier ieder uur anders zijn. Het mooie van surfen is dat iedere surfer zijn eigen waarheid heeft. Het maakt niet uit of je nu het nieuwste innovatieve newtechnology-board surft of een ouder model. Als het lekker surft, heb je het juiste board te pakken. Uiteraard, smaken verschillen, maar het gaat niet om goed of slecht. Het gaat erom dat je dat type board moet surfen dat lekker werkt voor jou en binnen je budget past. Het feit dat er tegenwoordig meer opties zijn, is een luxe. Het ideale board, dat perfect past bij jouw specifieke wensen, is zeker te vinden. Na vijftig jaar traditioneel surfboarddesign ligt de toekomst van surfboarddesign volledig open. We weten niet goed wat de toekomst ons gaat brengen qua nieuwe revolutionaire materialen en bouwwijzen en dat is spannend. De constructie van surfboards en de materialen die gebruikt worden, zijn nog lang niet uitontwikkeld. De zoektocht naar het materiaal of de surfboardconstructie is in die zin oneindig. Momenteel lijkt het behoud van flex in een board de onderscheidende factor te zijn in het. Alle ontwikkelingen en innovaties op het gebied van materiaal en constructies zijn leuk en goed voor de surfwereld. Zoals met alles kan iets anders proberen vaak heel lekker zijn. Tien jaar terug had niemand kunnen denken dat veel surfers van hun standaard 6’3 polyester thruster zouden afstappen om eens een ander board te surfen. Inmiddels heeft haast iedere surfer naast zijn standaard shortboard ook een singlefin of fish in de quiver, of naast PU-boards ook een newtechnolgy Surftech, BUFO of andersoortig XTR/EPS-epoxy board in het rek staan. Een open mind is van belang om het perfecte board te vinden.

Smaak
Ondanks het grote aanbod aan nieuwe materialen en constructies zal het traditionele polyesterboard altijd een uniek onderdeel van onze surfcultuur blijven. Op dit moment gaat er voor mij persoonlijk nog steeds niks boven een uniek handgeshaped PU-surfboard waar mijn naam met potlood op de onderkant staat geschreven. De romantiek en sensatie van een handgeshaped surfboard zal in mijn optiek daarom iets zijn dat altijd zal blijven bestaan terwijl we veranderingen en vooruitgang zeker niet moeten schuwen. Het internet of goed geinformeerd winkelpersoneel kan je helpen bij het vinden van jouw ideale board. Mocht je toe zijn aan iets nieuws dan is het zeker aan te raden je eens goed in de materie te verdiepen en het liefst eens een testboard te pakken als je voor je volgende sessie gaat. De mogelijkheden zijn onbeperkt. Doe er je voordeel mee.

 

Tuflite technologie van Surftech moest de duurzaamheid van een surfboard aanzienlijk vergroten. Quint le Duc neemt de proef op de som in Frankrijk. Foto: Joeie den Beer

 

 

Tekst: Jordi de Koning

 


6 surf magazine – Meer lezen?


 van