27-11-2018 - Wielrenblad, Tips & Tricks

Tips & Tricks: De handaflossing

In het baanwielrennen is het een begrip door de koppelkoers, op de weg zie je het minder: de handaflossing. De voornaamste reden hiervoor is het verbod om iemand op deze manier op gang te slingeren, met als consequentie een tijdstraf of erger. Toch is zo’n aflossing soms net genoeg om weer aansluiting te vinden bij de groep voor je. Creatieve renners omzeilen het verbod door een bidon via de handaflossing door te geven, op een vergelijkbare manier als het aanpakken van een ‘plakbidon’ uit de teamauto. De bidon die wordt aangerijkt vanuit de auto wordt dan net iets langer vastgehouden dan nodig is, waardoor de renner de snelheid van de auto meepakt en weer aansluit bij het peloton. Dit vergt natuurlijk enige oefening, niemand wil tijd verliezen door een knullige valpartij. Hoe doen de renners dat eigenlijk, zo’n handaflossing geven?

Stap 1:
Wees bedacht op de naderende renner. Het snelheidsverschil moet niet te groot zijn, wat betekent dat je niet helemaal in de remmen kan knijpen voordat je een aflossing krijgt. Omgekeerd geldt hetzelfde, de renner die de aflossing geeft moet niet met volle sprintsnelheid aan komen rijden.

Stap 2:
Bereid de aflossing voor. Span je buikspieren aan en plaats je hand waarmee je niet aflost op de juiste plaats op het stuur. Dit is bovenop bij de hendel voor degene die de aflossing geeft en in de beugel voor degene die de aflossing krijgt.

Stap 3:
Plaats je arm in de juiste houding. Voor de renner die aflost is dit met de elleboog in een hoek van 90 graden. De renner die de aflossing krijgt houdt zijn arm gestrekt langs het lichaam, met enige ruimte tussen de zij, zodat er ruimte is om de hand aan te pakken. Let erop dat de arm niet naar de rug gebogen is, zo verloopt de aflossing zo strak mogelijk en gaat er minder energie verloren.

Stap 4:
Vorm een ‘kommetje’ met je hand, zodat de vingers niet in elkaar verstrikt raken als je de aflossing doet. Elkaar een hand geven kan achteraf altijd nog.

Stap 5:
Tijdens de aflossing zetten beide renners zich tegen elkaar af. De renner die aflost houdt zijn arm eerst gebogen en strekt de arm daarna uit tot de ander uit bereik is. De renner die de aflossing krijgt houdt zijn arm zo lang mogelijk gestrekt en zet zich af tegen de ander, voor een optimale kracht overbrenging. Hoe strakker het geheel, hoe meer snelheid de renner meekrijgt.

Stap 6:
Houd rekening met het snelheidsverschil na de aflossing. De renner die de aflossing krijgt vliegt naar voren, terwijl de renner die de aflossing geeft stilvalt.

Meer lezen?

Dit artikel is afkomstig uit Wielrenblad #3 van 2017. Dit nummer kunt u hier bestellen. Wilt u niks meer missen op het gebied van wielrennen, word dan abonnee! Voor de laatste updates volg je ons op Facebook en Instagram! Ook zijn al onze magazines te vinden in de Soul Kiosk App, deze is te downloaden via de App Store en Google Play Store

 van