08-04-2016 - Mountainbiken, Nieuws

Travelstory: Er was eens in Engelberg

Er was eens… Een dorpje hier heel ver vandaan. Het dorpje lag op een hoogvlakte en was omringd door bergtoppen tot wel drieduizend meter hoog. Bij het dorpje ontsprong de rivier de Aa, die richting het zuiden het dal in kabbelde. Het dorpje heette Engelberg. Een legende vertelde dat een engel de stichting van een klooster had bevolen, wat resulteerde in de eerste nederzetting van Engelberg. In de eeuwen die volgden verkreeg het klooster bekendheid tot ver buiten de landsgrenzen van Zwitserland, waardoor het dorp internationaal aanzien kreeg. Genoeg van dit sprookjesachtige gebrabbel. Valt er in dit bergdorp een beetje te mountainbiken?

Tekst en Foto’s: Michiel Rotgans

Om deze vraag te beantwoorden nodigen we twee van Nederlands meest veelzijdige mountainbikers uit: Jarno Veerhoek en Bas van Son. Beiden met een berg aan ervaring op zowel downhill- als crosscountryfietsen en daardoor de perfecte rijders voor deze trip. Bas en Jarno zijn beiden al aanwezig als ik arriveer bij ons hotel. De Ski-lodge is een hip en betaalbaar onderkomen gericht op de wat jongere en sportievere bergsporter. Het wordt gerund door een stel behulpzame Zweden. Door het hele hotel hangen vette actiefoto’s van bergsporters in zowel de zomer als de winter. Het hotel is de lokale hang-out voor mensen die iets met mountainbiken hebben en al snel krijgen we wat lokale adviezen voor de komende dagen.

Middel-Engelberg-byMichielRotgans05

De volgende ochtend moet er natuurlijk nog even gesleuteld worden voordat we op pad gaan. We staan bij de auto en geheel onverwachts duikt daar ineens onze vrouwelijke gids op. Dat is goed geregeld, dan hoeven we niet zelf onze speurneus op te zetten. De dame, met een hele lastige naam, die we omdoopten tot Assepoester, heeft een voorkomen waarvan we zeker weten dat ze ons wel een paar mooie paden zal laten zien. Ze draagt een paar kniebeschermers, flatpedalschoenen, een short, heeft een dikke enduro-bak bij zich, het moet zeker goed komen.

De eerste zeshonderd hoogtemeters worden overbrugd met behulp van de Ristisbahn. Daarna volgen nog tweehonderdvijftig hoogtemeters klimmen naar de Brunnihütte. Na tien minuten getrapt te hebben zijn we Duracellkonijntje Jarno al kwijt. Voor mensen die Jarno niet kennen, deze jongen heeft energie voor tien en gaat altijd twee versnellingen zwaarder de berg op dan jij. Jarno staat boven al uitgerust naar ons te kijken hoe wij het laatste steile stukje op komen ploeteren. Bas en ik zijn verwikkeld in een persoonlijke ego-oorlog om maar niet af te hoeven stappen en uiteindelijk lukt het ons. Vervolgens wachten we op Assepoester tot ook zij arriveert en ons het signaal geeft: “It’s al downhill from here!” Ik en de gids doen onze kniebeschermers aan maar Jarno en Bas niet, het is ze niet heftig genoeg. We slaan een geprepareerd schelpenpad in diew gelukkig al snel overgaat in een singletrail met switchbacks. Het is echt zo’n alpenwei-trail met links en rechts van het pad koeienvlaaien. De trail is niet uitmuntend, niet slecht maar gewoon goed. Flowy met hier en daar een technische sectie die je wakker houdt. Bij een switchback die onmogelijk lijkt, wordt gestopt en gaan Bas en Jarno er met een nose-wheelie doorheen. Het pad gaat verder door een weiland met hele luie koeien die weigeren van de trail af te stappen. Je kan hoog of laag springen maar in die zeshonderd kilo wegende beesten is geen beweging te krijgen, dan maar over het gras om de koeien heen. We passeren het topstation van de lift en rijden verder via een trail richting het dorp. De trail heeft van die opstaande randjes aan beide kanten, waardoor je steeds goed moet balanceren op je fiets. Teveel je gewicht naar buiten betekent dat je je wielen niet meer onder je krijgt met een val als gevolg, het is dus opletten geblazen. Bas rijdt voorop, Jarno als tweede, ik als derde en de gids achteraan. Iedereen rijdt op eigen snelheid naar beneden waardoor we elkaar uit het oog verliezen. Ineens ligt Jarno daar op de grond en het gaat niet goed met hem. “Mijn hand”, zegt hij. Wat ik weet van Jarno is dat hij wel tegen een stootje kan dus als hij zegt dat het pijn doet dan kan je dat maar beter serieus nemen. Hij stapt op zijn fiets, kan nog net aan zijn rem gebruiken en rijdt stapvoets naar beneden. Bas heeft inmiddels door dat het mis is en staat te wachten. Bij een riviertje koelt Jarno zijn hand in het water. Je hoeft geen dokter te zijn om de situatie in te kunnen schatten, Jarno kan gaan douchen, voor hem is het Engelberg-avontuur over en uit.

Middel-Engelberg-byMichielRotgans14

Jarno gaat via de geasfalteerde weg terug naar het dorp, wij passeren het dorp en gaan voorbij Engelberg verder het dal in. De trail hierna blijkt mijn persoonlijke favoriet. Met een stuk of twintig switchbacks dalen we een wand af. Moeilijke, makkelijke, er zit van alles bij. Switchbacks heb ik wel onder controle maar om er met een nose-wheelie door heen te gaan, dat is me nog nooit echt gelukt. Bas en Jarno hebben me geïnspireerd en ik denk: waarom ook niet. In de wat makkelijkere switchbacks probeer ik ook eens om al leunend op mijn voorwiel de achterkant om te zetten en warempel, het lukt. Naja, het kwam in de buurt. Elke haarspeldbocht opnieuw probeer ik het weer, zowel links- als rechtsom en steeds gaat het ietsjes beter. De echt lastige durf ik nog niet aan.

De trail komt uit bij een rivier en deze volgen we tot een station. Hier pakken we onze treinshuttle terug richting Engelberg, hoe vet!

Voor het volledige artikel bestel je hem via onze webshop. Wil je nou altijd de leukste artikelen of meest uitdagende trails vijf keer per jaar op de deurmat krijgen? Neem dan een abonnement op Up/Down. Of download het magazine online via onze Soul Kiosk App.

 van