31-01-2014 - Mountainbiken, Nieuws

Valle d’Aosta – De achterkant van de Mont Blanc

Bergtoppen van vierduizend meter en hoger, prachtige vergezichten, authentieke bergdorpjes, gastvrije locals, de Italiaanse keuken, de Mont Blanc waarvoor je je niet kan verstoppen en een netwerk aan trails waar je u tegen zegt. Leest u even mee?

Pelgrims naar de zon

We rollen door België, Luxemburg, Frankrijk en Zwitserland, in totaal zo’n goede duizend kilometer, om uiteindelijk via de Mont Blanctunnel in de Aostavallei aan te komen. Voor mezelf, Michiel Rotgans en Arno de Ruyver begint het avontuur nu echt. Trouwens, de samenstelling van dit gezelschap vormt een mijlpaal in de nog korte geschiedenis van UP/DOWN, de Belgen zijn in de meerderheid! We komen aan als de duisternis de omliggende toppen verhult en speculeren bij een nachtelijk biertje in de hotellobby over wat de komende dagen ons zullen brengen. Met de wekker op ‘veel te vroeg’ val ik als een blok in slaap, een goed bed is goud waard.

De volgende ochtend wordt ingezet met een stralende zon aan een bijna wolkeloze hemel boven bergtoppen die nog onder een stevige laag sneeuw verborgen liggen. Het is vroeg maar de ochtendkilte is reeds verdreven, ik twijfel nog om al dan niet mijn windstopper in de rugzak mee te nemen. Met wat koffie en enkele croissants achter de kiezen sleutelen we aan de fietsen, heerlijk in de zon, te midden van een decor bestaande uit vergezichten die zo op een postkaart zouden passen.

Aosta3

Ontmoetingen

Met enkele giganten die boven de 4000 meter uitsteken, een hele rits kleppers (red. ‘grote exemplaren’ voor de noorderburen) van meer dan 3000 meter rondom ons en een vallei op 600 meter komt het imposante karakter van de omgeving prachtig tot zijn recht. De opties lijken wel onbeperkt in deze resem (red. ‘reeks’ voor de noorderburen) van zijvalleien, bergpassen en wandelwegen. Daarom zijn we zeer verheugd Matteo en Riccardo van PleinAirMTB te mogen begroeten, zij kennen als gids de omliggende bergen als de binnenkant van hun broekzak. Zij hebben voor ons een driedaags programma opgesteld: twee dagen met gids en één dag met kaart en gps. Hoewel Arno en ik een voorliefde voor kaarten en ontdekken hebben, is het toch een hele geruststelling dat we met de gidsen op pad kunnen. Zo kunnen we in de beperkte tijd die we hebben zonder zoeken de beste trails uit de regio ontdekken. Bovendien zijn ze beiden gediplomeerde berggidsen die voor onze veiligheid kunnen instaan, zou het fout lopen. Ook niet onbelangrijk.

Terwijl we met het busje van PleinAirMTB het eerste stuk van de berg oprijden, vertellen Matteo en Riccardo over de bijzonder lange winter dit jaar. Veel bergpassen boven de 2000 meter zijn nog steeds ingesneeuwd en we kunnen ze niet oversteken. Eigenlijk is dit ook voor hen de eerste week waarbij het lijkt alsof de zomer begonnen is. Beiden spreiden ze hun indrukwekkende kennis van de omgeving tentoon: namen van bergtoppen, verre dorpjes aan deze en de overkant van de vallei… Overal kennen ze lekkere trails die verborgen liggen te wachten op ons. Zelfs wanneer we overstappen van het busje op onze tweewielers om de klim verder te zetten, blijven ze gretig vertellen over een leven als mountainbikegids in de Aostavallei. Blijkbaar zijn alle weggetjes in deze regio nog toegankelijk voor ons (in tegenstelling tot die in Zwitserland bijvoorbeeld) op voorwaarde dat je hoffelijk bent voor de andere gebruiker. Een compromis waar we prima mee kunnen leven.

 

Up

Binnensmonds vloekend dat we de zonnecrème vergeten zijn, lijkt het kwik al met het streepje van dertig graden Celsius te flirten, maar we blijven klimmen totdat het uitzicht op de omringende bergen even majestueus is als in onze verbeelding. Plots staan we bij de open deuren van een kaasrijpingskelder, het deurgat nog geblokkeerd door een berg sneeuw. Terwijl wij het uitzicht staan te bewonderen halen Matteo en Riccardo een feestmaal aan lokale producten boven: een groot stuk Fontina-kaas, heerlijke gezouten en gedroogde Motsetta-ham en enkele ‘Saousesses’ en ‘Boudins’ (worstjes waarvan je misschien niet wil weten wat er allemaal inzit, maar welke wel overheerlijk smaken!). Dit alles vergezeld van een homp brood met vijgen en rozijnen. We worden gesoigneerd, zoveel is duidelijk.

 

Down

Het begin van de afdaling ziet er helemaal niet uit als een trail, maar eerder als een ruw en steil weiland vol rotsblokken en bulten, doorsneden door een kabbelend stroompje. Matteo wijst in de verte en geeft aan waar we heen moeten. De pret kan beginnen. We zijn de lastige klim snel vergeten wanneer we bunny-hoppend en lachend in deze speeltuin onze eigen weg naar beneden zoeken.

Dennenstammen, rotsblokken en kleine ruïnes flitsen steeds sneller voorbij terwijl de grijns op onze gezichten steeds breder wordt en nog zijn we maar halfweg de eerste afdaling! We lanceren onszelf het bos in voor het tweede deel. Wanneer we vriendelijk enkele wandelaars laten voorbijgaan, worden we er voor het eerst deze dag aan herinnerd dat we niet de enigen zijn op deze berg. Het bos schotelt ons een hele andere (even steile) ondergrond voor, we maken dankbaar gebruik van de veerweg van onze fietsen om tegen warp-snelheid over boomwortels, rotsen en omgevallen stronken te knallen terwijl de dennenappels en -naalden alle kanten uitvliegen als we een bocht aansnijden.

Wanneer de bomen langzamerhand plaats maken voor huizen en het pad verandert in een geasfalteerde weg, rijden we zo het centrum van Aosta binnen.

 

Op z’n Italiaans

Alvorens weer het PleinAirMTB-busje in te stappen stelt Riccardo voor om de innerlijke mens ook iets te gunnen en voor we het weten zitten we in de schaduw op een heerlijk rustig terras in de binnentuin van een café, met een drankje in de ene en een hapje in de andere hand, dit is pas vakantie! Lichtelijk ongerust kijk ik op mijn klok om te merken dat de namiddag al behoorlijk gevorderd is als onze gidsen ons geruststellen dat het met zulk goed weer geen probleem is om tot een stuk in de avond de bergen in te trekken. Ik ben denk ik al helemaal down met de Italiaanse Alpen en hun timing…

Fietsen en mensen worden weer in het busje geladen om het eerste deel van de volgende beklimming aan te vatten, nu van een andere bergflank. Reikhalzend kijken we al uit naar wat er komen gaat. Net als deze ochtend doen we het laatste deel van de beklimming op de fiets over doubletracks tot we anderhalf uur en 600 hoogtemeters later lichtjes aangebrand (die zonnecrème!) met uitzicht op de Mont Blanc en de Pic Noire halt houden om te beginnen aan de volgende afdaling van epische proporties.

We worden begroet door een flinterdun singletrackje welke de bergwand netjes doorklieft als een bruine slang die gezapig de berg ronddraait. Het imaginaire beest stelt ons een uitdaging voor die we onmogelijk kunnen weigeren; elk voor onszelf proberen we de flow van de trail te vertalen in zoveel mogelijk snelheid, springend over rotsjes en kabbelend water dat zich verstopt achter elke bocht en elk dipje in de trail. Voor we er erg in hebben passeren we weer de boomgrens en kan de technische uitdaging opnieuw volop beginnen. Nog geen halve minuut verder staan we te gapen naar een rotstuin waar de trail ons overheen voert. Mogelijke lijnen worden bekeken en overwogen, alleen Arno en Mateo slagen erin om zonder voetje aan de grond aan de overkant te geraken. Dieper het bos in daalt de hellingsgraad nog wat extra, terwijl boomwortels en haarspeldbochten er een waar feestbanket van elkaar opeenvolgende uitdagingen van maken. We halen elk onze beste stuurmanskunst en al dan niet bestaande trial-skills boven en genieten twee uur lang van een sublieme afdaling tot Michiels derailleur beslist er genoeg van te hebben en in de spaken van het achterwiel draait. Een kwartier en wat zwarte vingers later sjezen we als finale over het lokale ‘fiolet’ speelterrein naar een oud Romeins aquaduct en het einde van de dag.

 

De pret verdergezet

Christian en Rinaldo lossen Matteo en Riccardo af en nemen ons de volgende ochtend mee naar Saint-Nicolas, een authentiek bergdorpje op een wederom prachtige bergflank. Terwijl de ochtendlijke zonnestralen hun best doen om de temperatuur al boven de twintig graden Celsius te duwen, genieten wij op het terras bij het lokale bergrestaurant van een lekkere cappuccino om de benen wakker te maken. Vandaag zijn de trails iets minder steil en na een korte beklimming volgen we de bergflank een zijvallei in.

Vergeleken met gisteren zijn deze trails opvallend anders; evenzeer erg leuk om te rijden, maar daarenboven toegankelijk voor elke mountainbiker, ook voor wie weinig ervaring heeft. Als ik Christian erover aanspreek, vertelt hij dat dit een belangrijk onderdeel van de filosofie van PleinAirMTB vormt. Het gaat erom dat iedereen het mountainbiken kan ontdekken en net zoals bij skiën, kan leren van een gids of instructeur terwijl je onderweg bent in een prachtige omgeving. Net zoals wintersport kan mountainbiken een integraal deel zijn van een zomervakantie met de hele familie…

Eens we onze neus weer dalwaarts draaien, zitten we in geen tijd op de achtbaan naar het Aostadal, de snelheid gaat de hoogte in terwijl we door en over riviertjes via singletracks naar beneden razen alsof het een van de betere enduroraces betreft. We krijgen nog enkele prachtige technische passages in de schoot geworpen: een rotswand die zo uit Whistler lijkt weggelopen (een exemplaar om met veel remcontrole voorzichtig vanaf te rijden) en trappen uitgehakt in de berg naast een afgrond van een honderdtal meters diep, die ons herinneren aan het feit dat we wel degelijk in de Alpen zijn.

 

Verschil moet er zijn

Als toetje van de dag brengt het busje ons hierna naar Pila, welbekend van het freeride-bikepark. De stoeltjeslift naar de hogere trails is helaas nog gesloten omdat er boven teveel sneeuw ligt, maar de afdaling naar Aosta is vanuit Pila sowieso de moeite. Daar komt nog bij dat wij als allereersten dit jaar de afdaling mogen maken. In geen tijd zitten we op aangelegde trails waarop we van kombocht naar kombocht springen om al pompend met nét de juiste snelheid de aangelegde jumps te springen. Het contrast met de natuurlijke trails van deze ochtend kon niet groter zijn. De snelle opeenvolging van goed aangelegde jumps en berms zorgen voor een echt pretpark-gevoel en de bijhorende adrenalinestoot, zeker nu er nog niet voor elke bocht twintig remputten liggen is dit wederom met volle teugen genieten. Het post-ride pintje en de ‘gelato’ op een terras in het centrum van Aosta vervolledigen ook nu weer een heerlijke dag biken.

 

Solo

Er is iets bijzonders aan op pad gaan met een route uitgestippeld op een kaart. Het voelt heel puur en sereen. Kaarten zijn als vrouwen, ze tonen je de weg, maar als je er niet mee weet om te gaan, ben je alsnog verloren. Je kan er eindeloos met bewondering naar kijken of ze hartsgrondig vervloeken… De route is in ieder geval foutloos uitgestippeld zodat we na een beklimming van enkele uren, langs prachtige uitzichten, de ‘Col du Petit Mont Blanc’ bovenkomen. Enig speurwerk en een welverdiende (zelf meegenomen) lunch later beginnen we aan de meest memorabele afdaling van de week. We traverseren op de eerste bergwei over een smalle singletrack waarvan we de loop al vanaf grote afstand kunnen ontwaren. De remmen worden even gespaard terwijl we het gaspedaal zo ver mogelijk indrukken. Onvermijdelijk duiken we na een tijdje het bos weer in en worden we getrakteerd op haarspeldbocht na haarspeldbocht, na haarspeldbocht en haarspeldbocht… Deze scenario’s wisselen elkaar nog enkele malen af als de trail uiteindelijk wat breder wordt en de finale aankondigt. Hij wordt wat minder steil en met Michiel op m’n hielen probeer ik Arno in te halen. Bijtrappen is amper nodig indien ik het remmen goed time en doseer, terwijl ik met enkele creatieve lijnkeuzes langs en over rotsblokken en waterafvoergoten raas. Als er al iets als de ‘zone’ bestaat dan zit ik er in, mede dankzij deze ongelooflijke trail. Het was hard werken om boven te raken, maar dit juweeltje van een afdaling blijkt het dubbel en dik waard.

 

Verdict

Naar mijn gevoel hebben we na drie dagen nog maar het topje van de ijsberg gezien wat betreft de mogelijkheden in de Aostavallei; als je van natuurlijke trails houdt ga je hier zeker je gading vinden. Wij vonden het ook heel prettig en praktisch om met de gidsen van PleinAirMTB op pad te zijn. Zij hadden prima ingeschat naar wat voor trails we op zoek waren.

Deel van de reden dat we aangetrokken werden door de Aostavallei is ook het weer, algemeen kan je stellen dat het mountainbikeseizoen hier begint in maart en pas eindigt in november.

Er zijn tevens drie bikeparken in de buurt: Pila, La Thuile en Brueille-Cervinia, de liften in Pila zijn normaal gesproken open van half juni tot half september.

Verder verbleven we in het hotel ‘Le Charaban’, dat sinds dit jaar gericht is op het ontvangen van bikers, met een garage waar je je fiets kan stallen en een menu afgestemd op sportievelingen. Als je de vrouw des huizes lief aankijkt wil ze zelfs nog wel een lunchpakketje voor je maken…

 

Meer informatie

 

 van