24-07-2023 - Wielrenblad, Leesvoer

Zeeland – Dagtrip

Honderd jaar geleden was Zeeland alleen bereikbaar per schip. Economische vooruitgang en vooral de watersnoodramp van 1953 maakten daar een einde aan: sinds het einde van de vorige eeuw zijn alle Zeeuwse eilanden met elkaar verbonden via dammen, bruggen en tunnels. En dat maakt een Zeeland dagtrip een ideale bestemming voor fietsers.

Zeeland fiets dagtrip

Vlamingen, Spanjaarden, Hollanders; allemaal probeerden ze door de poorten van Zierikzee te breken. Maar de poorten en muren van deze kleine maar fijne stad aan de Oosterschede hielden dapper stand tegen de indringers. Maar dat is allemaal lang geleden en als wij met onze racefietsen door de middeleeuwse Zuidhavenpoort de oude stad binnenrollen, is er niemand die ons tegen houdt. Stuiteren is het wel, over de eeuwenoude klinkers die hier het wegdek vormen. Mopperen doen we niet, want van de bijna 130 kilometer die we vandaag afleggen gaat het overgrote deel over glad asfalt. Beter nog: over autovrij glad asfalt.

De route tijdens de Zeeland dagtrip die we afsluiten als we via de dubbele ophaalbrug de oude haven van Zierikzee oversteken is de Zeeuwse Wind-route, één van de vijf wielrenroutes die de VVV van Zeeland heeft uitgezet. De andere vier routes hebben een geheel andere insteek; elk van deze vier routes is vernoemd naar een beroemde Zeeuwse wielrenner en voert over de eilanden waar deze renners geboren zijn. Zo gaat de route van Jan Raas, wereldkampioen in 1978, over het eiland Zuid-Beveland en loopt de route van Jo de Roo, winnaar van de Ronde van Vlaanderen in 1965,over zijn eiland West-Beveland. De Theo Middelkamp-route, wereldkampioen in 1947, gaat over het Zeeuws-Vlaamse vasteland en de route van Keetie van Oosten, viermaal wereldkampioen op de baan en tweemaal op de weg, gaat over de eilanden Tholen en Sint-Philipsland.

Prachtige routes, maar omdat de Zeeuwse Wind-route over meerdere eilanden en als enige route ook langs de Noordzee loopt rijden we deze. Zo krijgen we een goed beeld van wat Zeeland te bieden heeft.

Luctor et Emergo

Omdat Zeeland bij de zee ligt en omringd is doorwater schijnt de zon er vaker dan in de rest van Nederland. Leuk voor een Zeeland dagtrip! Maar ieder voordeel heeft z’n nadeel en in het geval van Zeeland is dat de wind. Die waait gemiddeld namelijk ook net wat harder. We ondervinden het aan den lijve als we onze uitvalsbasis Zierikzee uitrollen en langs de oevers van de Oosterschelde koers naar het westen zetten; vanwege de straffe westenwind moeten we diep in de beugels. Na een paar kilometer steekt het fietspad de zeedijk over en rijden we binnendijks verder, lekker in de luwte van de dijk.

Dat zo’n dijk meer moet doen dan fietsers uit de wind houden blijkt als we langs de toren van Kouwenkerke rijden. Deze kerktoren uit 1468 is het enige overgebleven gebouw van het dorp, dat in de loop van de zestiende eeuw door de zee weggespoeld werd. Koudekerke is niet het enige dorp dat door de golven verzwolgen werd. In de loop der eeuwen zijn meer dan tweehonderd Zeeuwse dorpen en zelfs complete steden verdwenen als gevolg van stormvloeden en zich verplaatsende stroomgeulen. Maar in het Zeeuwse wapenschildstaat niet voor niets de spreuk Luctor et Emergo, oftewel Ik worstel en kom boven. Alhoewel historici vastgesteld hebben dat deze spreuk betrekking heeft op de strijd tegen de Spanjaarden tijdens de onafhankelijkheidsoorlog, is hij ook van toepassing op de eeuwige strijd die de Zeeuwentegen de zee hebben moeten voeren.

Na de laatste grote stormvloed van 1953, die niet alleen Zeeland trof, maar ook grote delen van Holland en Brabant en die bijna tweeduizendslachtoffers eiste, was men het helemaal zat. De Nederlandse regering stelde het zogenaamde Deltaplan op, dat er op neerkwam dat de gehele Zeeuwse Delta door middel van dammen beveiligd zou worden tegen de zee. Mooi voor een Zeeland dagtrip! Het bouwen zou bijna een halve eeuw duren en ruim vijf miljard euro kosten. Het hele project is een technische prestatie van formaat, met als hoogtepunt de Oosterscheldekering die de eilanden Schouwen en Noord-Beveland met elkaar verbindt. Pal tegen de wind in rijdend verwonderen we ons over de indrukwekkende constructie. Drie kilometerlang, met 62 grote schuiven waaronder het water van de Noordzee de Oosterschelde in en uit kan stromen. Behalve als het stormt, dan gaande schuiven dicht, wat 27 keer nodig is geweest sinds de opening van de kering in 1986.

Bombardement

De Oosterscheldekering is een van de vele dammen die we tijdens de Zeeland dagtrip zullen oversteken. Niet veel later rollen we namelijk over de Veerse Gatdam. Rechts de Noordzee met achter de duinen een prachtig wit strand vol met badgasten, links het Veerse Meer vol zeilboten. Het mag duidelijk zijn, wij zijn vandaan niet de enigen die van Zeeland genieten! Op het eiland Walcherenrollen we verder in zuidwestelijke richting. De tegenwind begint ons parten te spelen en zo af en toe kruipen we bij elkaar in het wiel. Zo komen we toch nog vlot in Westkapelle, in het uiterste zuidwesten van Walcheren en op ongeveer de helft van onze ronde. Ook dit dorp is ooit bijna geheel weggespoeld door de zee. Niet door storm en springtij, maar als gevolg van een bombardement van de zeedijken door de Britten, die in 1944 de Duitse bezetters uit Walcherenwilden verdrijven door het eiland onder water te zetten. Het gat in de dijk is natuurlijk inmiddels alweer lang dicht, maar de diepe geul die het getij in het eiland uitsleet is nog altijd te zien.

Na Westkapelle gaat de route weer oostwaarts. We passeren een reeks dorpen die allemaal ‘kerk’ in hun naam hebben – Aagtekerke, Meliskerke, Biggekerke, Koudekerke – en belanden dan in de havenstad Vlissingen, gelegen aan de Westerschelde. Dit is de enige Zeeuwse zeearm die niet is afgedamd. Reden: de Westerschelde vormt de toegang tot de Vlaamse havenstad Antwerpen en die sluit je dus niet zomaar af. Vlissingen ligt vlakbij de fraaie Zeeuwse hoofdstad Middelburg, maar helaas rijden we daar ruim omheen en met de wind in de rug verruilen we Walcheren al snel voor Zuid-Beveland en vervolgens Wolphaartsdijk.

Vroeger allemaal losse eilanden, maar in de loop van de negentiende eeuw door middel van dijken, dammen en inpoldering met elkaar verbonden. Als we een broodje eten op het gezellige terras van een kanocentrum wijst de waard ons op de resten van de voormalige zeearm die Wolphaartsdijk van Zuid-Beveland scheidde. Het is inmiddels een prachtig natuur- en kanogebied tijdens de Zeeland dagtrip.

Ooit de langste

Met de wind nog steeds in de rug speren we langs de oever van het Veerse Meer oostwaarts. Glad asfalt, zon, windje mee; wat kan een racefietser zich nog meer wensen? Sneller dan verwacht steken we de Zandkreekdam over naar Noord-Beveland. Halverwege het eiland krijgen we de Zeelandbrug in beeld, de laatste horde die we moeten nemen. Deze ruim vijf kilometerlange brug over de Oosterschelde, die ook deel uitmaakt van de Deltawerken, was lange tijd de langste brug in Europa. Inmiddels is de brug aan alle kanten ingehaald, maar een indrukwekkend bouwwerk is het nog steeds. Niet alleen vanwege z’n lengte, maar ook vanwege de getijdestroming die met een razende snelheid tussen de brugpijlers giert. En natuurlijk vanwege het uitzicht over de enorme watermassa van de Oosterschelde. Een klein kwartiertje later zijn we aan de overkant en rollen we Zierikzee binnen, terug waar we begonnen zijn. Prachtig om deze Zeeland dagtrip ook is te gaan fietsen!

Wil je de hele route rijden? Klik dan hier voor meer informatie!

Foto’s: Arjan Kruik
Tekst: Joris Lugtigheid


Voor meer wielernieuws, Tips & Tricks, leesvoer en de laatste magazines kijk op Ridersguide.nl. Wil je altijd up-to-date blijven? Klik dan nu hier en word abonnee van SOUL en volg ons op Facebook en Instagram!

 van