23-11-2022 - Wielrenblad, Leesvoer

De Super Classic 2.0, een iconische tweedaagse

De Super Classic 2.0 – De Cauberg, Muur van Huy en Muur van Geraardsbergen op één dag fietsen doet menig wielerhart sneller kloppen. Voeg daar een dag met de Koppenberg, Kemmelberg, Carrefour de l’Abre en verborgen parels aan toe en de Super Classic is geboren. Een hommage aan de iconische voorjaarsklassiekers over bekende en onbekende wegen. Het is een idee van Nas-Raddine Touhami die bij de uitvoering ervan ondersteund wordt door Shimano. In de 2.0 – versie weet hij nog meer klassiekers, beklimmingen en kasseistroken te combineren tot een inspirerend geheel.

Vorig jaar reden we de Super Classic in bar slechte weersomstandigheden. Een heroïsche eerste editie waarin regen en harde tegenwind de 335 kilometer lieten voelen als vijfhonderd. Niet voor herhaling vatbaar. Het gaat ons niet om de langste afstand, meeste hoogtemeters of snelste tijd, maar om het beleven, ontdekken en een gezonde dosis afzien. Daarom is de route uitgebouwd tot een tweedaagse. En stiekem ook omdat twee machtige monumenten ontbraken: de Muur van Geraardsbergen en de Kemmelberg.

Voorpret

Met dit in het achterhoofd begint het routebouwen in Komoot. Een heerlijke bezigheid. Ervaringen, highlights, streetview en vooral kaartlezen, het zijn de basis ingrediënten. Net als bij het maken van een schilderij het geval is, is het goed om de route een paar keer weg te leggen. Verbetering op verbetering toevoegen, om uiteindelijk te komen tot een meesterwerk.

Het concept is simpel. De belangrijkste voorjaarsklassiekers met elkaar verbinden over de mooiste wegen die we kunnen vinden. Dag één bestaat uit de Amstel Gold Race, Liège-Bastogne-Liège, La Flèche Wallonne, Brabantse Pijl en Omloop het Nieuwsblad. Finishen doen we met de Muur van Geraardsbergen na 245 kilometer en zo’n 3000 hoogtemeter

Vlaanderens Mooiste tekent de start van dag twee. Klinkende namen als de Haaghoek, Eikenberg, Koppenberg, Taaienberg, Paterberg en Oude Kwaremont zijn de eerste scherprechters. De weg naar Ieper is lang en voert ons door het gebied waar de E3-prijs vaak in een definitieve plooi valt. De brede N-wegen omzeilen we echter koste wat kost. In plaats daarvan zoeken we naar meanderende weggetjes door de velden. Ieper is als startpunt van Gent-Wevelgem nieuw in deze editie. Een koers met de allure van een monument. Wie herinnert zich niet de waaiereditie gewonnen door Luca Paolini, waar renners bij bosjes naast de weg belandden door de stormachtige wind. Naast een rijk wielerverleden kent de regio een duistere geschiedenis, als hét bloedige strijdtoneel van vele veldslagen in de Eerste Wereldoorlog. De Menenpoort in Ieper, monumenten en militaire begraafplaatsen ontbreken dan ook niet.

Net als vorig jaar vormt Paris-Roubaix de apotheose. De Hel van het Noorden is misschien wel de moeder der klassiekers. De oversteek vanuit de Westhoek gaat over smalle achterafweggetjes en plugstreets, maar ook dwars door Lille. Dit contrast maakt de route alleen maar mooier en veelzijdiger. De streep ligt uiteraard in het mythische Vélodrome André-Pétrieux, we kunnen ons geen mooiere aankomst voorstellen.

Moraal is hoog

In tegenstelling tot vorig jaar kleuren de kasseien van de Markt van Maastricht dit keer goudgeel. Aan de start staan dit jaar Ward Grootjans, Ralph Hoffman, Erwin Sikkens en Yorit Kluitman. De moraal is hoog als we om kwart over zeven vertrekken richting de beroemde scherprechter van de Amstel Gold Race: de Cauberg. En ondanks dat dit een klim is die door locals zelden wordt beklommen, zorgt het altijd voor wielerspektakel. Na deze eerste ‘klassieker’ rijden we dwars door het glooiende heuvelland met prachtige bloesem. Mooier dan dit wordt het niet en wat een contrast met de vorige editie. Over binnenwegen volgen we de Maas richting Luik, waarbij een uitstapje over de Côte de Sarolay niet mag ontbreken, en in een Luikse buitenwijk wacht ons de prachtige, steile kasseiklim naar Fort de la Chartreuse. Een minder bekend, maar historisch pareltje!

Via de Côte d’Embourg steken we door naar de finale van Liège-Bastogne-Liège: La Roche aux Faucons. Een drietrapsraket van een kuitenbijter, en hoe traag we die ook op rijden, het is altijd afzien. Vooral de uitloper aan het eind blijkt toch steiler dan ie op tv lijkt. Over glooiende wegen doorkruisen we de magnifieke Condroz. De Maasvallei laten we dit jaar links liggen. Dit betekent meer hoogtemeters, maar de vergezichten en charmante dorpjes in Ardenner stijl zijn zoveel mooier. De kilometers vliegen voorbij, de afslag naar de Chemin des Chapelles verschijnt al in beeld. De eerste Muur wacht!

Le Mur

Sinds 1985 is de Mur de Huy de aankomst van La Flèche Wallonne. De koers waar explosieve lichtgewichten zoals Valverde zich in de befaamde virage Claude Criquielion onderscheidden. De percentages zijn indrukwekkend en tegelijkertijd angstaanjagend. Aan de voet kiezen we voor een steady tempo, want die andere Muur wacht ons vandaag ook nog. Na een koffiestop laten we de Ardennenklassiekers achter ons. Bossen maken plaats voor glooiende velden zover het oog reikt en geen meter weg is nog vlak of recht, terwijl we over de eerste kasseienstroken dokkeren.

We passeren het monument van Waterloo en kasseien en gravel volgen elkaar nu snel op. De stroken liggen er droog en slecht bij, een voorproefje van wat morgen komen gaat. Ondertussen volgen we ook de epische finale van Paris-Roubaix die vandaag verreden wordt. Tussen de bloeiende hyacinten van het Hallerbos zien we Dylan van Baarle winnen, zijn finish luidt de start van onze finale in.

De Vlaamse Muur

Na tweehonderdvijftig kilometer rijden we Geraardsbergen binnen en lonkt rechts de Muur, misschien wel de meest tot de verbeelding sprekende klim van Vlaanderen. Bij ons is het beste er wel van af, maar bovenop bij de kapel genieten we toch van het uitzicht en voelen we ons ook winnaars.

Overnachten doen we in stijl in het Flandrien-hotel. Gerund doorwielerliefhebbers pur sang is dit een unieke accommodatie in deze streek. Met talrijke klassieke racefietsen, waaronder de voorouders van onze fietsen, ademt dit hotel koers uit. Na een welverdiend pintje en avondmaal is het tijd om even bij te komen.

Geen tijd voor de warming-up

Dag twee: met een stevig ontbijt achter de kiezen stappen we weer op. Veel tijd om in te fietsen is er niet. De Valkenberg is de opener van ons Ronde van Vlaanderen-hoofdstuk. We krijgen de ene na de andere kasseienstrook of-klim voor de wielen geschoven, het is subliem! Afzien en genieten, het ligt hier heel dicht bij elkaar. Op de Taaienberg steken we een tandje bij, niet zo indrukwekkend als Tom Boonen ooit, maar toch. Na de Berg ten Houte beginnen we aan het tweeluik Paterberg en Oude Kwaremont. We ronden ook deze toppen en stomen via de kasseien van de Varentstraat richting de Tiegemberg.

De omgeving verandert, heuvels maken plaats voor vlaktes. Veertig kilometer malen we op de grote plaat en we passeren de Menenpoort in Ieper. Het imposante bouwwerk ter nagedachtenis van 55.000 vermisten uit de Eerste Wereldoorlog vormt sinds 2020 het startdecor van Gent-Wevelgem en het geeft aan dat we halverwege de dag zijn.

Met nog honderd kilometer te gaan luidt de Scherpenbergweg de finale in. Prachtige vergezichten doen de pijn in de benen even vergeten. De steile Schomminkelstraat en Baneberg zijn opwarmertjes voor de befaamde Kemmelberg. De aanloop doet denken aan de Eyserbosweg, onprettig steil. Maar eenmaal op de kasseien begint de miserie pas echt en is stoempen het enige de vies.

Plugstreets

Plugstreet is een uit de Eerste Wereldoorlog afkomstige Britse verbastering voor het nabijgelegen dorp Ploegsteert, het geboortedorp van wijlen Frank Van den broucke. In 2019 werden drie stroken ‘gravel’ opgenomen in het vernieuwde parcours van Gent-Wevelgem. Op wat steenslag na zijn ze goed berijdbaar en is vooral de landelijke ligging dé reden om ze te rijden. De zon gaat langzaam onder en Frankrijk komt in zicht. We krommen ons over het stuur en de ketting gaat naar rechts. Lille doorkruisen we in een mum van tijd.

Finale

In Templeuve doemt onze eerste echte kasseienstrook op: L’Epinette en kort daarop gevolgd door Moulin-de-Vertrain. Het stof van de koers de dag ervoor lijkt net als de spanning nog in de lucht te hangen. De finish komt binnen handbereik en de euforie stuwt ons over de kasseien. Bourghelles, Wannehain, Camphin-en-Pévéle: wat een namen, en wat een stroken. Je moet ze zelf hebben gereden om te ervaren hoe slecht ze écht liggen. Om Ward (na een tweede lekke band) te citeren: “Eigenlijk heeft dit niets meer met fietsen te maken. ”Op de beroemde Carrefour de l’Abre verbijten we nog één keer de pijn. Het zitvlak en de handen willen niet meer. De kantjes bieden soelaas. De secteurs Gruson en Hem zijn daarna nog maar niemendalletjes en we rijden Roubaix in met het laatste licht. Nog één kasseienstrook van Espace Charles Crupelandt en we rijden voldaan de Vélodrome in voor onze ererondjes.

Volgend jaar

Wat is de Super Classic alweer een fantastische ervaring. Twee dagen met dit groepje is voor mij de gouden formule om het beste van de voorjaarsklassiekers en al het moois ertussenin optimaal te beleven. Mijn liefde is alleen maar gegroeid. Ik kijk nu al uit naar de volgende editie!

Materiaal:
2022 Trek Emonda SLR met Dura-Ace 9200 en Dura-Ace C50 wielset

Stats:
Dag 1: 245 kilometer en 3000 hoogtemeters
Dag 2: 237 kilometer en 1860 hoogtemeters
38 kasseienstroken
6 gravelstroken

Route:
Dag 1: komoot.com/tour/740598046
Dag 2: komoot.com/tour/742501007

Tekst: Nas-Raddine Touhami
Beeld: Yorit Kluitman & Robbrecht Desmet


Dit artikel komt uit het magazine Wielrenblad #3 2022. Dit magazine is nog steeds los te bestellen in onze webshop, klik hier voor de webshop. Wil je meer wielrennieuws, Tips & Tricks, leesvoer en de laatste magazines kijk op Ridersguide.nl. Wil je altijd up-to-date blijven? Klik dan nu hier en word abonnee van Wielrenblad en volg ons op Facebook en Instagram!

 van