Derailleurs en Groepset

‘WAT MAAKT DIE GROEPSET NU UIT?’

We moeten het toch echt eens hebben over de derailleur systemen en groepsets, wellicht een van de minst overzichtelijke onderwerpen op de fiets. Wat zegt het nu als een fiets is afgemonteerd met iets als Sram XX Eagle AXS of Shimano Deore? Eigenlijk zegt het best veel. Die tandwielen mogen er voor de leek op het eerste oog allemaal ongeveer hetzelfde uitzien, de totale systemen variëren nogal in kwaliteit. We leggen je in dit artikel uit hoe dat zit.

Stap je een gemiddelde fietsshowroom binnen, dan zie je telkens twee namen terugkomen op onderdelen als derailleur, crankstel en versnellingen: Shimano en Sram. Er zijn veel andere merken, echter worden deze nauwelijks op nieuwe fietsen gemonteerd én al helemaal niet op bijvoorbeeld e-bikes. Kleinere e-bikemerken gebruiken nog wel eens merken als MicroShift of Sunrace als voordelig alternatief voor elektrische stads-, toeren vouwfietsen. Aangezien het Japanse Shimano en het Amerikaanse Sram een breed scala aan derailleurversnellingen hebben en hun systemen tamelijk veelomvattend zijn, beperken we ons in dit artikel tot deze twee.

Groepsets

Belangrijk om je te realiseren is dat de derailleursystemen van Sram en Shimano in de regel altijd worden aangeduid met de naam van de gehele groep (oftewel groepset) waar het toe behoort, denk aan bekende namen als de Shimano Ultegra-groep of Shimano 105-groep. De derailleurs en de bediening ervan (de shifters of versnellingshendels) zijn onderdeel van de ‘drivetrain’, oftewel het gehele aandrijfsysteem. Zo’n systeem bestaat in zijn totaliteit uit:
– de tandwielen op het achterwiel (cassette)
– de derailleur achter
– de ketting
– het crankset (trapstel) inclusief tandblad(en) aan de voorzijde
– de derailleur voor
– de trapas
– eventueel de wielnaven
– de schakelbediening
– en in veel gevallen ook de remmen

Laatstgenoemde, de remmen, vallen vaak binnen een groep omdat ze in meer of mindere mate een geheel vormen met de bediening van de versnellingen. Je zou kunnen stellen dat een groepset staat voor de gehele techniek van trappen, schakelen en remmen.

Groepsets zijn specifiek afgestemd op een beoogd soort gebruik. Aan een groepset op een racefiets worden andere eisen gesteld dan aan een groep op een mountainbike of gravelbike. De eerstgenoemde groep heeft een licht gewicht en je moet er
vooral heel hard mee kunnen gaan, een mountainbike verlangt een toch iets steviger groepset. Daarnaast zijn er systemen afgestemd op stadsfietsen, toerfietsen, gravelbikes en e-bikes. Je kunt overigens menig fiets uitrusten met een andere groepset, al laat de bediening van een gekromd racestuur zich nu eenmaal niet zo goed monteren op een recht stuur.

Het is ook belangrijk je te realiseren dat een groepset staat voor een bepaalde kwaliteit. Een betaalbare Shimano Tiagra 10-speed vind je bijvoorbeeld op een beginnersracefiets, terwijl je op een fiets voor gevorderden bijvoorbeeld Shimano Ultegra 11-Speed zult aantreffen. Fabrikanten goochelen nogal met losse onderdelen uit de groepen. Met andere woorden er wordt veel gemixt. Dit kan enerzijds zijn om goede sier te maken met in het oog springende onderdelen. Dus reken jezelf niet rijk als je een heel goede achterderailleur op een e-bike aantreft. Het wil nog niet zeggen dat de rest van de onderdelen ook dit niveau heeft. En om het nog wat ingewikkelder te maken: niet alle onderdelen met een bepaalde naam zijn ook daadwerkelijk onderdeel van een complete groep. Zo is er bijvoorbeeld wel een Shimano GRX 600-versteller, maar geen GRX 600-achterderailleur. Het mixen van onderdelen kan tevens een creatieve oplossing zijn om iets mogelijk te maken. Een gravelbike met een extra licht verzet kan bijvoorbeeld een Sram GX-mountainbikegroep achterderailleur en cassette hebben en kan bediend worden vanaf het racestuur met een racegroep-bediening, zoals Sram Force. Oké, volg je het nog? In elk geval, aan de ene kant heb je te maken met een groep indeling gebaseerd op gebruik (racen, klimmen, toeren et cetera), aan de andere gaat het om de verschillen in kwaliteit. En prijs. Je kunt stellen dat hoe meer geld je uitgeeft des te groter het schakelplezier wordt, des te langer de levensduur, lager het gewicht en mooier het is om te zien.

Schakelplezier

Het schakelplezier hangt voor een groot deel af van de snelheid van schakelen en het gemak waarmee je dit doet. Bij een eenvoudige groep kost het meer pedaal omwentelingen – en daarmee meer tijd – voordat de versnelling van positie is veranderd dan bij een topuitvoering. Daarnaast moet je bij eenvoudige groepen opletten dat je niet te hard trapt tijdens het schakelen, terwijl je bij een topuitvoering zelfs tijdens het aanzetten gewoon kunt schakelen. Bij een hoogwaardige groep kun je met één bedieningshandeling meerdere versnellingen tegelijk lichter schakelen. Tot slot schokt een ketting meer tijdens het schakelen wanneer een simpele uitvoering is gemonteerd. Voor een professionele mountainbiker of racefietser is optimaal schakelgemak een must, voor een recreant of forens is het een fijne bijkomstigheid. Behalve dan die prijs. Bij e-bikes met een middenmotor is voorgaande extra relevant,
omdat je dan sowieso met druk op de aandrijving te maken hebt.

Er zijn veel technieken (met bijbehorende termen) de wereld in geslingerd die ten goede zouden moeten komen aan de schakelprestaties. We lichten één soort techniek uit die veel invloed heeft op het vergroten van schakelgemak. Bij Shimano heet het de Hyperglide (HG) en HG+ en bij Sram de X-Glide & X-Glide 2. Bij deze techniek worden tandwielen dusdanig gemanipuleerd dat de ketting makkelijk van het ene op het andere tandwiel over kan gaan. Hierbij zijn de tandjes qua vorm en positie bewerkt zodat ze de ketting makkelijk oppakken. Aan de zijkant van de tandwielen zijn speciale inkepingen gemaakt zodat de ketting een soort op- en afstapje heeft op weg naar het volgende tandwiel.

Elektronisch schakelen

Schakelen kan mechanisch, elektronisch en hydraulisch. Mechanisch wil zeggen: met een traditioneel staalkabeltje in een mantel tussen de bediening op het stuur en de derailleur. Bij de elektronische variant schakel je met een klein elektromotortje in de derailleur, de bediening hiervan loopt via een stroomkabeltje (Shimano) of kan draadloos (Sram). Tot slot kan het schakelen hydraulisch, maar die techniek wordt door deze marktleiders niet toegepast. Het mechanisch schakelen is eenvoudiger qua techniek en heeft een voordeliger prijskaartje. Er zitten echter nadelen aan: een mechanische kabel is aan slijtage onderhevig en is gevoelig voor vuil, wat resulteert in minder lekker tot niet goed schakelen. Een elektronisch systeem schakelt veel sneller en verloopt niet, oftewel het blijft altijd perfect schakelen. Zolang je met opgeladen batterij rijdt.

We blijven even hangen bij dit elektronisch schakelen en zoomen in op de e-bike. Om te beginnen op de e-bikes met Shimano’s EP6- en EP8-middenmotoren. Het interessante is dat deze motoren kunnen communiceren met de elektronische Shimano-derailleurs. Het voordeel? Het schakelproces kan worden geoptimaliseerd. Sterker, het kan zelfs automatisch. Shimano past dit met Autoshift toe op de Cues Di2 -groep voor trekking-, toer-, stadsfiets- en mountainbikegebruik en met Freeshift op.


XT Di2 voor serieus mountainbike- en trekkinggebruik. Autoshift staat voor automatisch schakelen en is vergelijkbaar met de automaat bij auto’s. Het algoritme van de automatische modus kan je indien gewenst overrulen door handmatige bediening. Freeshift staat voor een systeem dat automatisch de versnelling aanpast aan de snelheid terwijl je ‘freewheelt’, oftewel niet trapt (je moet bij andere systemen immers trappen om te kunnen schakelen, weet je nog?). Dit is een slimme uitvinding.

die ervoor zorgt dat de versnelling juist staat zodra je weer zelf mee trapt. Schakelen gaat dus niet alleen zonder dat jij hoeft te bedienen, maar ook zonder dat jij zelf hoeft te trappen. Dender je lekker naar beneden, staand op de pedalen, of heb je de pedalen in een bewuste stand om vloeiend door bochten te snijden, dan wil je juist niet trappen! Dat je fiets dan toch schakelt en je meteen weer door kan in de goede versnelling, dat is echt een feestje.

E-bikespecifieke technieken en groepen

De meeste derailleurgroepen op de markt bestaan al heel lang en worden steeds doorontwikkeld. Je kunt het een beetje vergelijken met een model auto waar eens in de zoveel jaar een nieuw model voor uitkomt. Deze bestaande groepen hebben echter in hun DNA geen e-bikecomponent, terwijl ondersteuning wel degelijk invloed heeft op een derailleursysteem. Dit is met name het geval bij een middenmotor, doordat de trapkracht vanaf de motor via de aandrijving (ketting en tandwielen) overgebracht wordt op het achterwiel. Deze extra druk op de aandrijving zorgt voor extra slijtage en zit het schakelen zelf in de weg. Moeite dit te volgen? Geen nood, we leggen het uit.

Zoals gezegd, om met een derailleursysteem te kunnen schakelen moet je doortrappen, anders kan de ketting niet van tandwielpositie veranderen. Echter kan dit doorgaans alleen als er niet te veel druk op de aandrijving plaatsvindt. Bij het niet-elektrisch fietsen bereik je dit door de pedaaldruk tijdens het trappen te verminderen. Echter, trap je op een e-bike licht door dan activeer je al snel de extra ondersteuning van de motor… waardoor er toch ongewenst extra druk ontstaat. Hoogwaardige derailleur groepen zijn minder gevoelig voor de extra druk, dergelijke groepen zijn voor sportprestaties ontwikkeld. Een wedstrijdsporter moet kunnen schakelen tijdens het trappen. Snelheid verliezen of bergop stilvallen is natuurlijk uit den boze. Des te hoogwaardiger een groep, des te beter deze geschikt is voor intensief gebruik, zoals op een professionele racefiets, een e-bike of een speedpedelec.

Linkglide

Om bestaande groepen beter geschikt te maken voor de e-bike heeft Shimano Linkglide ontwikkeld. Bij Linkglide zijn de tanden op de cassettetandwieltjes anders gevormd. Ze hebben veel meer body: meer materiaal resulteert in minder slijtage. Shimano claimt dat een Linkglide-cassette drie keer langer meegaat dan een Hyperglide-cassette. Ook de Linkglide-achterde railleur is afgestemd op deze cassette. Een aangepast ontwerp.

zorgt voor beter schakelen onder druk en een speciale ‘stabilisatie-clutch’ (koppeling) in de derailleur laat de ketting minder klapperen, zodat je geen/minder schokken tijdens het fietsen ervaart. De Linkglide-bediening is eveneens speciaal afgestemd op de aangepaste werking van de achterderailleur. De ketting-versie is uiteraard ook geschikt voor de e-bike, maar heeft in tegenstelling tot de andere componenten in de lijn geen aangepast ontwerp. De ketting is daarmee uitwisselbaar met componenten van andere systemen, iets wat niet het geval is bij de andere Linkglide-componenten. De Linkglide-technologie zie je terug in alle Cues-groepen en in specifieke Linkglide-versies van de Deore- en XT-groepen. Is een component ‘Linkglide’ dan is dat als term zichtbaar aanwezig op het product.

Shimano Cues

Shimano heeft speciaal voor e-bikes de Cues-groepen ontwikkeld. Deze groepen zijn helemaal gebouwd omtrent de Linkglide-technologie. E-bike proof dus, met als belangrijkste troeven duurzaamheid en een betere bestandheid tegen pedaal-druk/trapbekrachtiging tijdens het schakelen. Cues komt in vier varianten. – De 11-speed (elf versnellingen tellende) U8000 is het top – model en begeeft zich op XT-niveau: hoge schakelprestaties en duurzaam door het gebruik van hoogwaardig materiaal. Shimano richt zich met deze groep op de serieuze trekking-/toerfietser alsook op de frequente forens. Aangezien deze U8000 extra mooi is afgewerkt voegt ze ook esthetisch echt wat toe op een luxe fiets. – De varianten U6000 11- en 10-speed bieden het meeste waar voor hun geld en zijn geschikt voor het meest uiteenlopende gebruik. Zowel de 11 als 10 is ook verkrijgbaar in een elektronische versie, genaamd Di2. – De U4000 9-speed-groep tot slot begeeft zich op het kwaliteitsniveau van Deore 10-speed en is daarmee een goede instapper voor elke vorm van e-biken.

Sram EX1 en XX & XO Eagle AXS E-bike

Dan is het hoog tijd om het even over de groepsets van Sram te hebben. Speciaal voor e-bikes heeft Sram de EX1 ontwikkeld. Een 8-speed versie met een bredere ketting en een speciale E-Block-cassette die samen meer kracht aankunnen en daar door duurzamer zijn. De EX1-derailleur kan een hoger koppel (trapvermogen) aan onder een lage pedaalcadans (pedaalom-wenteling). Tevens zijn er de XX Eagle AXS E-bike-groepset en de XO Eagle AXS E-bike-groepset. Dit zijn – zoals de naam al doet vermoeden – twee speciale e-bike-edities van de jongste groepen van Sram die uitsluitend elektronisch schakelen. Deze groepen beschikken over de allernieuwste technieken en werken verbluffend. Opvallend aan deze groepen is de speciale ophanging van de achterderailleur. Deze zit direct op de steekas van het achterwiel en is zo robuust dat hiermee het risico van verbuigen van de derailleur tijdens een val aanzienlijk kleiner wordt. Deze groepen zijn ontwikkeld voor het serieuze mountainbiken in welke subcategorie dan ook. De groepen zullen ook niet mis- staan op paradepaardjes in elke andere fietsdiscipline.

Groepsindelingen Shimano en Sram

Wellicht duizelt het je nu welke groep van welke kwaliteit is en bij welk gebruik hij hoort. Geen nood, we sommen het even voor je op.

Shimano of Sram: Welke Groep?

Onderling is er zeker verschil tussen Shimano en Sram. Shimano heeft bijvoorbeeld een betere integratie met hun eigen EP-motoren wat betreft elektronisch Di2-schakelen. Sram heeft daarentegen een streepje voor qua draadloos schakelen. Over het algemeen kun je stellen dat beide merken hun eigen schakelkarakteristieken hebben. Hoewel sommige fietsers een duidelijke voorkeur hebben, is over het algemeen iedereen tevreden met zowel Shimano als Sram. Je kunt met Shimano en Sram nooit verkeerd gaan, zolang je vanaf een bepaald niveau instapt. Heb je, of wil je, een e-bike met middenmotor, dan raden we aan om bij Shimano vanaf niveau Deore/Cues/GRX400 en Tiagra te kijken, en bij Sram zouden we SX als instapper overslaan; de rest voldoet. Het gebruiksgemak en de duurzaamheid nemen aanzienlijk toe naarmate je meer geld uitgeeft.

Hopelijk heeft dit artikel meer inzicht gegeven in het woud der groepsets. Wat moet je hier nu mee? Theoretisch zou je een complete groepset naar wens op een fiets kunnen monteren, alleen zijn de meeste e-bikes uitgerust met een systeem dat is afgestemd op de motor en diens bediening. We gaan er eerlijk gezegd ook wel van uit dat je bij aanschaf niet zelf een groep kiest. Maar we hopen dat het nu duidelijker is wat de gemonteerde groepset zegt over inzetbaarheid, kwaliteit en duurzaamheid van een fiets die je op het oog hebt, en waarom daar een specifiek prijskaartje aan hangt.

Meer informatie over derailleurs en hun groepen. Check dan deze link naar Shimano voor meer informatie.


Dit artikel “Wat maakt die groepset nu uit?” komt uit Electrified #3 van 2023. Kijk voor meer artikelen of voor meer electrified nieuws en reviews, leesvoer en de andere magazines op Ebike magazine. Wil je altijd up-to-date blijven? Klik dan nu hier en word abonnee van Electrified magazine en volg ons op Facebook en Instagram.

 van