Getest: De SKS Rennkompressor

De SKS Rennkompressor: een stuk Duitse degelijkheid dat al bijna een halve eeuw vrijwel ongewijzigd in productie is. Hij ziet er slank uit, maar vergis je niet, hij weegt 2,2 kilo en dat voel je als je hem optilt. Niet zo gek, want hij bestaat uit een stalen cilinder op, nota bene, een gietijzeren voet. Aan de zijkanten zitten twee opklapbare voetjes. De voet is hierdoor iets minder stabiel dan die van pompen met een grote vaste voet. Het voordeel is dat de pomp weinig ruimte inneemt als je de voetjes inklapt en eenvoudig te transporteren is.

Het handvat is massief hout en zit met een grote moer vastgeschroefd. Hierdoor voelt de pomp absoluut onverwoestbaar aan en het hout voelt bovendien prettig aan. Opvallend genoeg is de werking uiterst licht. Je hoeft maar heel weinig kracht te zetten, vermoedelijk door de smalle diameter van de cilinder. En van de weinig dingen die veranderd zijn is de pompkop. In dit geval is de Multi-Valve optie gemonteerd (Presta en Schrader), maar er is ook een E.V.A-versie (Presta, Schrader en Dunlop) en zelfs de oorspronkelijke koperen (Presta) kop is nog leverbaar. Het grote voordeel van de Multi-Valve is dat je hem vergrendeld door de hendel naar beneden te duwen. Je kunt dus onmogelijk je vingers ertussen krijgen als hij per ongeluk losschiet. Een ander pluspunt is de lange slang: je kunt ongeacht de stand van je wiel altijd je ventiel bereiken en meteen beginnen met pompen, wat in de praktijk opvallend prettig is. Dat de pomp 16 bar aan kan is tegenwoordig niet meer zo relevant, tenzij je nog weleens op de baan traint. Het enige nadeel dat we vonden: de afleesbaarheid van de manometer is tijdens het pompen niet zo best. Deze pomp voor het leven is nog opvallend betaalbaar ook.

Prijs: € 64.99

Nog meer weten over de SKS Rennkompressor? Klik dan hier.